Begrippen ISO 27000 Foundations Flashcards
Aanval
een poging om ongeautoriseerd toegang te krijgen tot bedrijfsinformatie. Die informatie te lezen, stelen, wijzigen, of onbruikbaar te maken.
Asset/bedrijfsmiddel
alles wat waarde heeft voor een organisatie.
Authenticeren
het authentiek, rechtsgeldig maken, vaststellen of het echt waar is. Het vaststellen van de juiste persoon die - of systeem dat - zich aanmeldt om toegang te krijgen tot informatie
Bedreiging
Potentiële oorzaak van een ongewenst incident dat een systeem of organisatie schade kan toebrengen
Beheersmaatregel
Een middel om risico’s te beheersen, waaronder beleid, procedures, richtlijnen, werkwijzen of organisatiestructuren. Synoniemen zijn waarborging of tegenmaatregel
Beleid
De formeel uitgesproken inrichting van informatiebeveiliging en de intentie van directie hoe om te gaan met bedrijfsrisico’s en de bescherming van de organisatie tegen informatiebeveiligingsrisico’s
Beschikbaarheid
beschikbaarheid waarborgt de betrouwbare en tijdige toegang tot data of computercapaciteit voor medewerkers. In andere woorden: beschikbaarheid garandeert dat de computersystemen beschikbaarheid zijn op het moment dat ze nodig zijn om de werkprocessen uit te voeren
Blootstelling
een bepaald risico wordt werkelijkheid en de organisatie loopt schade op
Control (Maatregel)
middelen voor het managen van risico’s. Meestal wordt een control ingezet als technische of organisatorische beveiligingsmaatregel
Informatie
informatie is data die betekenis heeft voor de ontvanger van die informatie.
Informatieanalyse
informatieanalyse geeft een duidelijk beeld van hoe een organisatie met zijn informatie omgaat; hoe de informatie door de organisatie stroomt. (de flow van informatie)
Informatiebeveiliging
het behouden van de vertrouwelijkheid, integriteit en beschikbaarheid van informatie. Daarbij kunnen ook andere eigenschappen, zoals authenticiteit, verantwoording, oonweerlegbaarheid en vertrouwelijkheid een rol spelen.
Informatiebeveiligingsmanagement
alle gecoördineerde activiteiten die richting geven aan het beleid van een organisatie ten aanzien van risico’s. Risico management omvat risicoanalyses, het nemen van beveiligingsmaatregelen, het accepteren van risico’s tot een bepaald niveau en het communiceren van risico’s binnen de organisatie
Informatiemanagement
de wijze waarop een organisatie haar informatiestromen efficiënt plant, verzamelt, organiseert, gebruikt en controleert. Heeft ook betrekking op hoe de organisatie informatie verspreidt, uitdraagt, en ervoor zorgt dat de waarde die de informatie heeft ook volledig benut wordt
Informatiesysteem
applicatie, service of IT-onderdeel waarmee informatie verwerkt kan worden
Integriteit
Integriteit gaat over de bescherming tegen ongeautoriseerde modificatie van (data in) software en hardware. Dit kan gebeuren door (on)geautoriseerde medewerkers. Het gaat erom te waarborgen dat data betrouwbaar is
Kwetsbaarheid
zwakte van een bedrijfsmiddel of groep bedrijfsmiddelen die door een of meer bedreigingen kan worden benut
Non-repudiation/onweerlegbaarheid
de waarborg dat ontvangst en/of verzending van een contract of een bericht niet kan worden ontkend door beide betrokken partijen
Preventieve actie
maatregel genomen om een incident te voorkomen (bijv. firewall/antivirus maatregelen)
Restrisico (residual risk)
het risico dat overblijft nadat beveiligingsmaatregelen genomen zijn. Het is onmogelijk om risico’s volledig uit te sluiten, maar het is meestal wel mogelijk om risico’s tot een aanvaardbaar niveau terug te brengen. Het kleine geaccepteerde risico is het restrisico.
Risico
waarschijnlijkheid x impact = risico
risicoacceptatie (risk appetite)
dit is het risico dat een organisatie bereid is te nemen. Dit wordt vaak bepaald obv een risicoanalyse. Het heeft te maken met de kosten van bepaalde beveiligingsmaatregelen die niet in verhouding staan met de kans dat een incident zich voordoet en de mate van kwetsbaarheid die de organisatie dan loopt