Begrippen Flashcards

1
Q

Agrarische samenleving

A

Samenleving waarin men leeft van de landbouw

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Ambachtslieden

A

Groep mensen die voor hun werk gebruiksvoorwerpen maken, zoals potten, landbouwwerktuigen enzovoort.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ambtenaren

A

Mensen die werken in dienst van de overheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Archeologen

A

Wetenschappers die met opgravingen het verleden van mensen onderzoeken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Bronnen

A

Sporen uit het verleden waaruit we informatie over het verleden kunnen halen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Christelijke jaartelling

A

Manier van het tellen van jaren vanaf de geboorte van Christus (jaar 1)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cultuur

A

De kenmerkende gewoonte, gebruiken, ideeën van een groep mensen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Eeuw

A

Een periode van 100 jaar.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Evolutietheorie

A

Wetenschappelijke uitleg voor het ontstaan van de mens.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Farao

A

De leider van het oude Egypte, hij had veel macht. De farao werd door de mensen als een god vereerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Geschreven bronnen

A

Sporen uit het verleden die geschreven zijn, zoals boeken en brieven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Grafgiften

A

Voorwerpen die tijdens de begrafenis in het graf van de overledene worden gelegd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Historici

A

Wetenschappers die door middel van bronnenonderzoek het verleden van mensen onderzoeken. Zij gebruiken geschreven en ongeschreven bronnen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Irrigatiesysteem

A

Systeem van leidingen die ervoor zorgt dat er voldoende water voor de akkers is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Jager-verzamelaars

A

Levenswijze van de eerste mensen tijdens de steentijd. Ze leefden van de jacht op dieren en verzamelden planten, vruchten en noten uit de omgeving.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Landbouwrevolutie

A

De ontdekking van de landbouw ongeveer 10.000 v. Chr, in het Nabije Oosten. Deze ontdekking had grote gevolgen voor de leefwijze van mensen.

17
Q

Middensteentijd

A

Periode van de prehistorie waarin het klimaat gunstiger werd voor de mensen, waardoor de bevolking kon groeien.

18
Q

Monarchie

A

Een land een koning of koningin die door erfopvolging aan de macht is gekomen.

19
Q

Nieuwe steentijd

A

Periode van de steentijd waarin de mensen leefden van de landbouw.

20
Q

Nomaden

A

Mensen zonder vaste woonplaats, ze trekken rond van plek naar plek.

21
Q

Ongeschreven bronnen

A

Sporen uit het verleden die geen schrift bevatten. dit kunnen voorwerpen zijn, zoals aardewerk en schilderijen.

22
Q

Oude steentijd

A

Periode van de prehistorie waarin jager-verzamelaars leefden.

23
Q

Preagrarische samenleving

A

Samenleving waarin mensen nog niet leefden van de landbouw, maar van jagen en verzamelen.

24
Q

Prehistorie

A

De tijd waarin de mensen geen schrift gebruikten.

25
Rituelen
Voorgeschreven gebruiken bij een bijzondere gebeurtenis, zoals een begrafenis.
26
Scheppingsverhalen
Verhalen waarin wordt verteld hoe God (of goden) de wereld heeft geschapen.
27
Staat
Een land met een eigen bestuur
28
Steentijd
Periode in de prehistorie waarin mensen meestal gebruiksvoorwerpen van steen maken.
29
Troonopvolger
De opvolger van de koning. Vaak het oudste kind.
30
Tijdvak
Een bepaalde periode in de geschiedenis
31
Ijstijd
Periode waarin grote delen van het noordelijk halfrond bedekt waren met ijs. Dit had grote gevolgen voor het klimaat op de aarde.