begrippen 2.1/2.3 Flashcards
1
Q
dunne laag gesteente om de aarde, met een dikke van 1 tot 7 km onder oceanen, 20 tot 70 km onder continenten.
A
aardkorst
2
Q
laatste stuk van de rivier (dichtbij zee)
A
benedenloop
3
Q
Het eerste stuk van een rivier (dicht bij de bron).
A
bovenloop
4
Q
verwering van gesteente door de werking van zuurstof en vocht
A
chemische verwering
5
Q
hoeveel water een rivier afvoort
A
debiet
6
Q
Een gebied voor de monding, waar de rivier zich vertakt in vele rivierlopen
A
debiet