begrippen 2 Flashcards

1
Q

actiegroep

A

een groep mensen die zich inzet om 1 (tijdelijk) probleem

op te lossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

belangenvereniging

A

een organisatie die opkomt voor de belangen van een bepaalde groep mensen, bijvoorbeeld automobilisten of werknemers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

coalitie

A

samenwerking van 2 of meer partijen in de regering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

confessionelen

A

mensen die vinden dat het geloof een belangrijke rol moet spelen bij het besturen van een land

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

democratie

A

een regeringsvorm waarbij het volk de macht heeft

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

eerste kamer

A

door de leden van de provinciale staten gekozen instelling die de beslissingen van de tweede kamer controleert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

europees parlement

A

volksvertegenwoordigers (750) leden van de europese unie gekozen via rechtstreekse verkiezingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

europese unie

A

samenwerkingsverband van 28 europese lidstaten opgericht in 1992 op het gebied van economie, politie, rechtspraak, onderwijs en cultuur de eu vervangt de egks en de eeg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

evenredige vertegenwoordigers

A

systeem waarbij alle geldige stemmen in het hele land worden opgeteld en gedeeld door het aantal kamerzetels om te bepalen hoeveel stemmen er nodig zijn voor 1 zetet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

kabinet

A

ministers en de staatssecretarissen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

liberalen

A

mensen die opkomen voor zoveel mogelijk vrijheid voor burgers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

europese commissie

A

het dagelijks bestuur van de europese lidstaten (28 eurocommissarissen) van iedere lidstaat 1

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

massamedia

A

middelen waarmee je grotere groepen mensen kunt bereiken: kranten/tijdschriften, radio, tv, internet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

minister

A

een persoon die aan het hoofd van een ministerie staat der en die samen met zijn ambtenaren wetsvoorstellen maakt en die na goedkeuring ook uitvoert

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

oppositie

A

partijen in het parlement die niet meedoen aan de coalitie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly