Bassistof 2 Flashcards
Dubbele bloedsomloop
Per rondgang door het lichaam stroomt het bloed twee keer door het hart
Kleine bloedsomloop
Hart longen hart
Functie kleine bloedsomloop
Zuurstof opnemen in het bloed en koolstofdioxide afgeven aan de lucht
Grote bloedsomloop
Hart rest van het lichaam hart
Functie grote bloedsomloop
Zuurstof en voedingstoffen afgeven aan de cellen en koolstofdioxide en andere afvalstoffen opnemen in het bloed
Slagaders
- Hierdoor stroomt bloed van het hart weg
- Slagaders hebben een hoge bloeddruk
- Dikke stevige, en elastische wand
Haarvaten
- Wand van één cellaag dik
- Witte bloedcellen en vocht met zuurstof, voedingstoffen en afvalstoffen kunnen door de wand
Aders
- hierdoor stroomt het bloed naar het hart toe
- lage bloeddruk
- dunne wand
Warmte transport
- bij veel beweging is er veel verbranding. De bloedvaten in de huid worden dan wijder. Het bloed geeft veel warmte af
- bij jou worden de bloedvaten in de huid nauwer
Longslagader
Door de longslagader stroomt zuurstofarm bloed
Longader
Door de longader stroom zuurstofrijk bloed
Glucosegehalte van het bloed
Doordat de lever het glucosegehalte van het bloed constant houdt, is het glucosegehalte van het bloed in de leverader meestal hoger dan in de andere aders
Aderkleppen
Plooien in de wand van een ader die verhinderen dat het bloed terugstroomt naar de organen
Bloeddruk
De druk van het bloed tegen de wand van een bloedvat
Leverader
Ader waarin bloed van de lever naar het hart stroomt