Bakkerij Flashcards
1
Q
324
A
Rozijnenbrood
2
Q
327
A
Wit brood
3
Q
328
A
Bruin brood
4
Q
329
A
wit stokbroodje (klein)
5
Q
330
A
Bruin stokbroodje (klein)
6
Q
331
A
Sesambroodje (klein)
7
Q
332
A
Ciabattabroodje (klein)
8
Q
333
A
Chocoladekoek
9
Q
334
A
Croissant
10
Q
335
A
Ronde rozijnenkoek
11
Q
336
A
Achtkoek (Pudding erin)
12
Q
337
A
Chocoladevlecht
13
Q
338
A
Wit stokbrood
14
Q
339
A
Artisanaal stokbrood (bruin)
15
Q
340
A
Pecannotenkoek