Auteurs Flashcards

1
Q

Livius Andronicus

A
  • Vrijgelaten slaaf uit Griekenland of een vrijwillig gekomen vreemdeling; paedagogos van de familie Livius
  • Schreef tragedies
  • Zeer fragmentarisch overgeleverd (40 fragmenten over)
  • Volgens Cicero en (de andere) Livius de eerste literatuur in het Latijn
  • Voegde de ludi scaenici toe aan de ludi romani
  • Schreef veel over de Trojaanse Oorlog, past bij het ontwikkelen van de Romeinse identiteit, waarschijnlijk wat de familie Livius wilde
  • Maakte een bewerking van de Odyssee in het latijn
  • Werd aangesteld om een hymne te schrijven aan Iuno, als beloning mocht hij de collegia van schrijvers en acteurs stichten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Naevius

A
  • Muze: Schreef als eerste tragedies over ‘romeinse onderwerpen’, maar zeer fragmentarische overlevering
  • Vocht mee in de 1e Pun. Oor.
  • Bellum Punicum: begint met de geschiedenis van Rome vanaf de val van Troje; bron van inspiratie voor Vergilius, gesprek tussen Jupiter en Venus zou volgens Macrobius zelfs helemaal overgenomen zijn?
  • Schreef ook in allerlei andere genres (tragedies, komedies, historiën)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Ennius

A
  • Komt uit Calabrie; sprak Grieks, Latijn en Oskisch
  • Annalen: van Aeneas tot de Scipiones (zijn eigen tijd); onderdeel van de paideia, maar skipt Pun.Oor.1; want dat heeft Naevius al gedaan
  • Maar ook in de Annalen: ik droomde dat Homeros reïncarneerde als een pauw, en toen reïncarneerde als mij (maar met de openbaring d.m.v. een droom spiegelt hij zich ook aan Hesiodos en Callimachos; twee totaal niet epische dichters! Denk Callimachos’ slanke Muzen)
  • Begon als eerste in het latijn te schrijven in hexameters (latijn loont hier niet makkelijk aan)
  • De goden gedragen zich als mensen: Griekse invloed, niet vanzelfsprekend vanuit Latijnse godsdienst (denk afwezigheid mythe); schrijft ook als eerste over de muzen i.p.v. inheemse variant (de Camena)
  • Werd ondanks zijn Griekse invloeden gesteund door Cato de Oudere (denk Cicero: redenaars die voor de Griekse retorica instroming kwamen), verwerft ook burgerschap dankzij hem; stond dus in hoger aanzien dan andere schrijvers
  • Gedichten zeer postmodern in uiterlijk (de doorgehakte hersenpan)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Plautus

A
  • Komt uit Umbrië
  • Nam veel inspiratie uit Griekse voorbeelden, maar ging hier zeer creatief mee om
  • Oudere theorie: liet zich inspireren door Hellenistische dichters als Callimachos
  • Zijn artiestennaam (‘Titus Maccius Plautus’) kan geïnterpreteerd worden als ‘grote piemel, zoon van toneel karakter die veel klaagt, platvoet (soort schoen)’
  • Onzekere tijd: komt ook terug op het toneel; het leven kan zo veranderen, je identiteit staat niet vast en je kan zo volledig veranderen (zoals in c.63 van Catullus??)
  • Reisde in een grex (groepje acteurs), bestaande uit slaven en vrijgelaten
  • Soms zijn personages ook acteurs: spelen de acteurs zichzelf (dit is vaag kijk er nog naar)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Accius

A
  • 40 titels, 660 verzen
  • Fabulae praetexta: schreef over de Brutus die de Republiek stichtte
  • Vooral bekend om zijn ‘kracht’ (girl what does that even mean)
  • Tragedies, maar door Plinius onder erotisch gerekend
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Pacuvius

A
  • 13 titels
  • Sophocels als grote voorbeeld
  • Fabulae praetexta: over een Paullus die Perseus van Macedonie versloeg
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Cato de Oudere

A

redervoeringen, oudste prozaschrijver, maar nu alleen nog Over de Landbouw volledig over. Idealisatie van het Romeinse, in contrast tot de meer Grieks beïnvloedde ‘zachte’ literatuur van andere auteurs in die tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Terrentius

A
  • Wordt in contrast gesteld met Plautus:
  • Humor ‘ontbreekt aan komische slagkracht’ in vergl. met Plautus
  • Behoorde tot elite kringen (ipv. Plautus als onderdeel van een grex), maar was nog steeds (‘maar’) een vrijgelatene
  • Naar binnen gericht: gezinnen en huwelijken
  • Psychologie van de karakters en hun onderlinge relaties staan centraal
  • Gaat voornamelijk over vaders en hun zonen; de sociale mores moeten steeds in ere gehouden worden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Cornelius Nepos

A
  • Zelfde kring als Cicero (en degene aan wie Catullus 1 is gewijd)
  • Kronieken: de geschiedenis van de verschillende werelddelen
  • Beroemde mannen: Verschillende mensen van verschillende culturen
  • escapistische neigingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Marcus Terentius Varro

A
  • Zelfde kring als Cicero
  • Het Latijn: de wilde etymologieën
  • De Agricultura (over landbouw)
  • (Romeinse) geschiedenis
  • Menippeïsche satiren
  • Over Romeinse religieuze gebruiken (later als wapen gebruikt door de christenen)
  • escapistische neigingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Gaius Julius Caesar

A
  • Dissimulatio: head empty easy latin, me be man of action, words no good
  • Eigenlijk goed geletterd + even vrienden met Cicero geweest
  • Vijanden spreken moeilijk; zijn daarom minder te vertrouwen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Sallustius

A
  • Oorlog tegen Catilina
  • Oorlog tegen Jugutha (=Numidische koning)
  • Historiën
  • Steeds wegblijven van contemporaine gebeurtenissen; apolitiek
  • Archaïsch taalgebruik want archaïsche inhoud
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Lucretius

A
  • De natuur der dingen
  • Gebaseerd op leer van Epicurus
  • Nogmaals apolitiek, maar biedt wel houvast voor onzekere tijden
  • Het maakt niet uit welke redenering je overtuigt, als er maar eentje is
  • “brieven” aan “Memmius”
  • Plotseling einde: onafgemaakt of laatste les om niet bang te zijn voor de dood?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Catullus

A
  • Apolitiek, maar soms wel nadrukkelijke verwijzingen naar zijn eigen tijd
  • Afstand dichter en lyrische ik: poëzie mag onfatsoenlijk zijn, de dichter mag dat zelf irl niet zijn
  • Poetae novi: ook neoterici
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Vergiliaanse Appendix

A

losse groep teksten, auteurs onzeker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Horatius

A
  • Epoden (of ookwel Jamben door Jambische metrum): richten zich op vrienden en medeburgers om te klagen over random dingen; zowel persoonlijk (tegen o.a. lelijke vrouwen), of in de pulbieke sfeer (politiek, over de burgeroorlog, maar het is ambigu over welke precies het zou moeten gaan)
  • Satiren: in hexameters persoonlijke ervaring of maatschappijkritiek, soms heel expliciet over de politieke/ culturele elite (ook met namedropping) geen expliciete kritiek op Octavianus, je moet daarvoor meer tussen de lijnen lezen (maar er is geen voorbeeld hiervan)
  • Reis naar Brundisi: een van de satiren; reis met o.a. Maecenas en Vergilius om Octiavianus en Antonius weer vrienden te maken (maar dit feit is goed verborgen en je moet goed lezen om dit te achterhalen)
  • Oden: direct in de navolging van Sappho, Alkaios en Pindaros, volledig in Lyrische traditie (zijn gedichten soms bewerkingen van hedendaagse voorgangers), maar bevatten ook een recusatio. Ook een sterk epicureïsche insteek, maar heel praktische, hoe kan je gelukkig leven. Horatius als een goed voorbeeld van hoe je moet leven om blij te zijn
  • Brieven: fictieve hexameter brieven aan vrienden, Horatius wil zichzelf alleen nog maar met filosofie bezighouden, en neemt afstand van zijn oudere lyrische werk, de brieven zitten vol epicureïsche idealen
  • Brief aan Pisones: later Ars Poetica, gedicht over je een gedicht moet schrijven (hij schrijft alsnog wel lyriek hierna)
  • Carmen Seculare: werk bedoeld voor kleinere kring, maar ook op grotere aangelegenheden voorgedragen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Vergilius

A
  • Bucolica / eclogae: idyllen, maar nooit ver verwijderd van de politieke realiteit. Kind dat de Gouden tijd van de mensheid terugbrengt: wellicht expres ambigu
  • Georgica: doet als leerdicht voor, maar eigenlijk de strijd tussen mens en natuur, maar ook Augustus propagande: alleen Octavianus kan de mensheid herstellen naar het Gouden Tijdperk
  • Aeneis: niet afgemaakt, aetiologie voor de haat tussen de romeinen en de carthagers (door koningin Dido) boeken 1-6: Aeneas komt naar Italië, boeken 7-12: Aeneas oorlog tegen de Latijnen. Aeneas vormt literary foil voor Augustus, maar ook dat stukje in de onderwereld van Augustus het Gouden Tijdperk zal herstellen naar Rome, en in boek 8 een omschrijving van een schild met schilderingen van de slag van Actium.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

Propertius

A
  • Het meest ‘Hellenistisch’ van de poetae novi
  • Veel mytologische kennis
  • Aetiologie
  • Geliefde: Cynthia
  • In kring Maecenas
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Tibullus

A
  • Buiten kring Maecenas
  • Geliefden: Delia, Nemesis, Marathus (een guy)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Sulpicia

A
  • Geliefde: Cerinthus
  • Focus op het effect dat de liefde op haar heeft
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Ovidius

A
  • Brieven uit Pontus 4,16: Omschrijving van allerlei dichters uit de Augusteïsche periode die niet overgeleverd zijn
  • Medea tragedie (alleen en paar fragmenten over)
  • Leptos-ideaal: origineel 5 boeken, ingeperkt naar 3 (laatste twee mogelijk puur fictief
  • Obsessie met de grenzen tussen genres, steeds andere genres verwerken in zijn poëzie
  • Heldinnenbrieven: speelt in op brief genre
  • Ars Amatoria: speelt in op didactische poëzie
  • Remedies tegen de liefde: hoe je van de liefde af moet komen
  • Cosmetica voor Vrouwen: niet geheel overgeleverd ;;
  • De Kalender: Aetiologie van romeinse feestdagen
  • Metamorfosen: hexametrische verhalen over verandering in 15 boeken, steeds met typische wendingen uit de liefdeselegie]
  • Ibis: smaaddichten over Tomi
  • Tristia
  • Brieven uit Pontus: hij gaat door met zeiken over Tomi?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

Livius

A
  • Ab urbe condita
  • Jaar per jaar, want annalisten als bronnen
  • Beschrijven het moreel verval van de romeinen door de luxe
  • Geen overduidelijke verwijzingen naar de Augusteïsche periode (die wij over hebben)
  • Van 142 boeken 1-10 en 21-45 over, de rest in samenvattingen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Dionysios van Halikarnassos

A
  • Geschiedenis van Rome: va. Mythologische oorsprong tot aan begin van Polybios werk (Pun.Oor.I)
  • Poging tot fusie romeinse en griekse cultuur: latijn als afstammeling van grieks
  • Retorische geschriften en literatuurkritiek
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Caecilius van Calacte

A
  • Ook griekse auteur, vriend van Dionysius
  • Over het Sublieme
  • Samen met Dionysios voorgangers Atticisme
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

Seneca de Oudere

A
  • Grote nadruk op retorische opleiding
  • Suasoriae: advies geven aan historisch figuur
  • Controversae: mening over een gecompliceerde fictieve juridische kwestie
  • Je hoeft je met deze oefeningen over de hedendaagse politiek uit te laten; veilig
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Augustus

A

Res Gestae: soortgelijk taalgebruik als Caesar

27
Q

Phaedrus

A

Fabulae

28
Q

Velleius Paterculus

A

Romeinse geschiedenis: Trojaanse Oorlog tot val Carthago

29
Q

Philon van Alexandrië

A

Joodse traditie vanuit Griekse filosofie

30
Q

Seneca de Jongere

A
  • Apocolocyntosis Divi Claudi: verpompoening van Claudius
  • Brieven aan Lucilius: fictieve brieven die de stoïsche leer uitleggen
  • Tragedies: Oeidipoes, Medea, Thyestes, Agamemnon, Hercules, Phaedra
  • Octavia: niet door Seneca zelf, maar wel over zijn dood, met vooruitblik op de dood van Nero
31
Q

Lucanus

A
  • Burgeroorlog: over de oorlog tussen Caesar en Pompeius
  • Had waarschijnlijk 2 boeken langer moeten zijn, personages komen nog niet helemaal tot leven
32
Q

Manilius

A
  • Astronomica: didactische poëzie in haxameters
  • De aarde is rond!
  • Omschrijving van Astronomie en Zodiac (incl. horoscopen)
  • Vijfde boek: paranatellonta: verhalen van hoe verschillende sterrenbeelden zijn ontstaan
33
Q

Petronius

A
  • Satyrica (menippeïsch)
  • Zet de nouveau riches belachelijk neer?
  • Encolpius en Ascyltus strijden om Giton
  • Reis naar tempel van Papus om impotentie Encolpius op te lossen
  • Prive leven Petronius onzeker, mogelijk door Nero vermoord
  • Misschien een ‘arbiter elegantiarum’ van Nero
  • Prozimetrisch
  • Parodie Bellum Civile Lucanus
  • Intertekstuele verwijzingen: Dido-scene Aeneas
  • Potentiële inspo: Milesiaka (niet meer over)
  • O.a. gebruik van spreektaal
34
Q

Persius

A

Stoïsche satiren met weinig persoonlijkheid

35
Q

Calpurnius Siculus

A

Bucolica: voorspelling van Gouden Tijdperk onder nieuwe keizer, met Meliboeus als evt. masker voor schrijver Columella (auteur van prozatext De Re Rustica)

36
Q

Tacitus

A

Historiën
- Pessimistische kijk op keizers
- Vier-keizerjaar t/m de Flaviërs
- Geschreven net na de machts-overname van Nerva (dus hij omschrijft (vierkeizerjaar en) Vespasianus, Titus, Domitianus (en Nerva))
- Mensen worden zo slecht mogelijk afgebeeld
- Compacte proza
Annales
- Alleen over Tiberius en een beetje over Claudius en Nero over
Agricola
- Over zijn schoonvader en hoe geweldig die is
Germania
- Over de germanen <3
Dialoog over Redenaars
- Ondergang van de redenaarskunst als gevolg van de overstap naar monarchie

37
Q

Plinius Major

A

Naturalis Historia

38
Q

Plinius Minor

A

Panegyricus: lofrede op Trajanus, verder geen lof voor machthebbers
Brieven aan vrienden en familie, maar ook aan Trajanus

39
Q

Quintilianus

A

De institutio oratoria

40
Q

Titus Flavius Josephus

A

De Oude Geschiedenis van de Joden

41
Q

Martialis

A
  • Haalt veel inspiratie uit Catullus en Griekse poëzie
  • Epigrammen en sinterklaasgedichtjes
  • Verheerlijkt Domitianus, maar moet zich onder Nerva inperken
42
Q

Publius Papinius Statius

A
  • Silvae: gelegenheidsgedichten over publieke leven te Rome (vergl. martialis)
  • Thebaïs: epos van 12 boeken; zeven tegen thebe en dan komt Theseus (koning van Athene, naar aanleiding van Oedipoes asiel?) Kreon ὄλλυμι’en
43
Q

Silius Italicus

A

Punica: Pun.Oor.II

44
Q

Valerius Flaccus

A

Argonautica (in een romeinse wereld qua plaatsnamen en herkenningstekens)

45
Q

Suetonius

A
  • Heel veel biografiën, vooral de keizersbiografiën
46
Q

Julia Balbilla (uit Kommagene; hedendaags Armenië)

A
  • Schrijft een inscriptie voor Hadrianus en Sabina in Egypte, over de koningin van haar dromen <3
47
Q

Mesomedes

A
  • Hymnen aan goden, sommige met muzikale notatie (hij schreef ook de Hymne aan Muze die door Farya Faraji opgevoerd is)
  • Ludieke lofprijzingen, zoals aan de spons en de mug
48
Q

Juvenalis

A

Satiren; sterk op Horatius gebaseerd, maar met moralistische trekjes, inhoud komt redelijk overeen met Martialis, wekken idee op van een oude man die aan het klagen is. Tot slot vrij tijdloos, daarom moeilijk om te dateren. Geen stoïsche invloeden, ondanks populariteit Stoa.

49
Q

Arrianos

A
  • Handboekje en De Colleges: aantekeningen van colleges die hij kreeg van Epiktetos.
  • Anabasis van Alexandros: over Alexander de Grote, met enige sceptisch houding over de goddelijke aard van Alexander
50
Q

Curtius Rufus

A
  • Alexander Historiën: meer nadruk op de bovennatuurlijke verschijnselen dan Arrianos
51
Q

Hadrianos

A

Alleen een aantal gedichten over, die over het koude vluchtende zieltje

52
Q

Herodes Atticus

A
  • Nachten in Attica: biografisch, met veel van zijn gedachten, gesprekken en onderzoeken tijdens zijn studietijd in Attica, ook over hoe je de beste Griekse poëzie naar het latijn kunt vertalen
  • Veel slechte beschuldigen, maar geniet bescherming van de keizer
53
Q

Marcus Aurelius

A

Τά εἰς ἑαυτόν

54
Q

Galenos

A

Lijfarts Marcus Aurelius, schreef ook een paar boekjes

55
Q

Fronto (Uit Algerije)

A
  • Schreef redevoeringen
  • Wordt gerekend als een tweede sofist ondanks Latijnse auteur
  • Zeer goede Latinitas, veel interesse voor taal en literatuur
  • Marcus Aurelius was zijn leerling en stapelverliefd op hem? (Brievenuitwisseling)
56
Q

Appianos

A
  • Ook in briefcontact met Fronto
  • Schreef een Romeinse Geschiedenis, van de stichting tot Trajanus in Arabië + Mesoptamië, gerorgansieerd per regio
57
Q

Ploutarchos

A
  • Parallelle Levens: Steeds twee biografiën van mensen die de griekse en romeinse varianten van elkaar zouden moeten zijn.
  • Essays: platonistische werken, o.a. dialogen, maar ook werken over het orakel van Delphi (hij was daar lange tijd priester), maar ook over de egyptische goden in een platoons sausje, bovendien verdedigt atheïsme (want het is minder schadelijk van religieus fanatisme
58
Q

Chariton

A

Chaireas en Kallirhoë (over domestic violence, met vermeende dood als gevolg, waardoor) piraten het graf roven en het meisje tot slaaf maken

59
Q

Achilles Tatius

A

Agrippe en Klitophon: meerdere schijndoden en ekphrases + uitwijdingen

60
Q

Xenophon uit Ephesos

A
  • Hoofdpersonen parallel verteld
  • ontmoeten elkaar steeds bijna, maar net niet
61
Q

Longus uit Lesbos

A
  • Daphnis en Chloë
  • Bukolisch, op Lesbos
  • Als baby’s te vondeling, stiekem mytileense aristocratie
62
Q

Heliodoros van Emes

A

Theagenes en Chariklea: Verloren dochter van de koning van Ethiopië, laten zich uiteindelijk wijden tot priesters van Apollo (zou naamspeling op die van auteur kunnen zijn)

63
Q

Apuleius

A
  • Ook redenaar en filosoof
  • Apologia tegen zichzelf, om te overtuigen dat hij niet zijn vrouw betoverd heeft
  • Metamorfosen/ Gouden Ezel: Guy wordt per ongeluk een ezel, shit happens, einde in tempel van Isis
64
Q
A