Analgetica (pijnmedicatie) Flashcards

(6 cards)

1
Q

werking paracetamol

A

stilt de pijn en verlaagt de koorts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

wat zijn bijzonderheden / waar moet je op letten bij paracetamol

A

max 6-8 stuks verdeeld over de dag. Kan schade aan de lever geven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

werking diclofenac, naproxen, ibuprofen

A

NSAID’s : stilt pijn, remt ontstekingen en verlaagd koorts

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

wat zijn bijzonderheden / waar moet je op letten bij diclofenac, naproxen, ibuprofen

A

risico op maagbloedingen. daarom altijd geven met maagbeschermers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

werking oxycodon, fentanyl, oramorph, tramadol, morfine

A

opioden: sterke pijnstiller bij hevige pijn, benauwdheid en wordt gebruikt bij palliatieve zorg.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

wat zijn bijzonderheden / waar moet je op letten bij oxycodon, fentanyl, oramorph, tramadol, morfine

A

verschillende toedieningsvormen. Dubbele controle nodig. Alert op vele bijwerkingen, zoals sufheid, misselijk, braken, obstipatie en jeuk!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly