alles Flashcards
1
Q
wat is primair alcohol
A
- Eenwaardige alcohol
- C waar -OH opstaat is gebonden aan gn of 1 andere C
2
Q
wat is secundair alcohol
A
- eenwaardig alcohol
- c waar -oh opstaat is gebonden aan 2 andere C’s
3
Q
wat is tertiair alcohol
A
- eenwaardig alcohol (1 -OH groep)
- c waar -OH opstaat is gebonden aan 3 andere C’s
4
Q
poly-alcohol
A
=meerwaardig alcohol
- meerdere hydroxylgroepen
- bvb glycerol
5
Q
hydroxyl
A
-OH (alcohol)
6
Q
Carbonylgroep
A
C=O
- aldehyde (C=O met aan C r en -H) of keton (C=O en aan C r1 en r2)
7
Q
carboxylgroep
A
COOH
- organische zuren
8
Q
Aminogroep
A
- NH2
- reageert basisch: pakt -H op en wordt NH3+
9
Q
Primair amine
A
Aan N zit 1 R-groep en 2 H’s
10
Q
Secundair amine
A
Aan N zit 2 R-groepen en 1 H
11
Q
Tertiair amine
A
Aan N zit 3 R-groepen en gn H
12
Q
ester
A
-COO-
13
Q
ether
A
r-O-r
14
Q
Soorten lipiden
A
- eenvoudige lipiden
- olien en vetten
- wassen
- fosfolipiden - Complexe lipiden:
- glycolipiden
- lipoproteinen - Afgeleide lipiden
- vetzuren
- steroiden
- terpenen
15
Q
vetzuren: wat, kenmerken, 5 te kennen
A
= afgeleide lipiden
- algemene formule: R - COOH
- hydrofiele kop (COOH) en hydrofobe staart
1. palmitinezuur
2. stearinezuur
3. oliezuur
4. linolzuur
5. linoleenzuur