Alles Flashcards
Wat is klinische neuropsychologie?
The study of brain/behaviour relationships and impact of injury/disease on cognitive, emotional and general adaptive capacities of the individual
How is neuropsychology different from neurology?
Whereas neurologists might explain how the brain is functioning, the neuropsychologist assesses how the person is functioning as a result of changes in the brain.
The major purposes of neuropsychological assessment are to provide answers related to the following four areas:
(1) differential diagnosis,
(2) treatment planning,
(3) rehabilitation, and
(4) legal proceedings.
What is gerontology?
the scientific study of aging and older adults. Researchers are trained in various areas including: physiology, social science, psychology, public health and policy
What is geriatrics?
a medical specialty focused on the care and treatment of older adults
Gerontology versus geriatrics
Gerontology is multidisciplinary and is concerned with physical, mental and social aspects and implications of aging. Geriatrics is a medical specialty focused on care and treatment of older persons. Although gerontology and geriatrics have differing emphases, they both have the goal of understanding aging so that people can maximize their functioning and achieve a high quality of life
What (bad things) happens in the brain as we get older?
- reaction times slow down
- cognitively less flexible
- learning new things becomes harder
- TOT more often
- naming tasks performance worsens
- verbal fluency becomes harder
- more problems with starting and holding conversations
- hearing and visual problems
- sense of smell and taste becomes less
- more depression and sleeping problems
what doesn’t necessarily change in the brain as we get older?
- crystallized intelligence tends to remain stable or even improve with age (including aspects of semantic memory)
- fluid intelligence can be improved through training
- the brain remains plastic, so the elderly can still learn new things
Kenmerken van een goede test
- ecological validity
- covers all relevant behavioral domains of interest
- avoids floor and ceiling effects
- patient can understand what they have to do
- easy to administer and score
- comparable with other investigators’ work
- parallel forms
- has age-appropriate norms
Waarom is ‘deriving a level of premorbid functioning’ belangrijk?
you are trying to look for a baseline in order to see if there has been change in several domains
Hoe kun je het premorbide functioneren in kaart brengen?
- tests: NART (=NLV), WAIS-III, FSIQ etc
- best performance method: look at the test with the highest score and see that as the level of premorbid functioning
- heteroanamnesis
Wat kun je onderscheiden op een rontgenfoto?
eigenlijk teleurstellend weinig:
- bot
- lucht
- weke delen (dat is wit, maar je kunt geen weke delen van elkaar onderscheiden)
- zeer dens materiaal zoals kogels
Wanneer gebruik je een rontgenfoto van de hersenen?
bij trauma’s zoals een schedelfractuur of kogels
Wat is een pneumencephalografie?
iemand krijgt een ruggenprik met lucht, die lucht stijgt omhoog en dan kunnen we de hersenkamers zijn (dit doen we niet meer want kun je ook zien op een ct)
Wat is een angiografie?
Contrast inbrengen zodat je op de foto de aderen goed ziet lopen
Wat is een EMI CT scan?
CT maakt ook rontgen, maar dan in plakjes (CT = computerized tomography, tomogram = plakje). Het weke delen contrast is beter dan rontgen, maar nog steeds niet helemaal goed. Liquor, hersenkernen, witte en grijze stof kun je een beetje van elkaar onderscheiden. Je ziet ook het onderscheid tussen lucht, bot en weke delen.
Waar is de CT scan meester in?
hematomen! witte zone
Wat doe je bij een acute verandering van het neurologisch beeld? (coma, verlamming, hoofdpijn etc)
CT maken! Je bent namelijk bang voor een bloeding, en bloed is goed te zien op een CT, maar niet op een MRI
Wat zijn de voordelen van MRI?
superieur weke delen contrast!
+ MRI kun je in elk vlak afbeelden: saggitaal, coronaal en transversaal. CT kan alleen transversaal
Functies frontaalkwab
- decision making
- problem solving
- deliberate movements
- consciousness
- emotions
- > allemaal hogere cognitieve functies
Functies parietaalkwab
- processing sensory info
- body orientation
- attention
Functies temporaalkwab
- auditory processing
- language comprehension
- speech
- memory
Occipitaal kwab functies
- visual processing
- object recognition
Welke arterie voorziet de meningen van bloed en onder welk schedelbot loopt hij?
de middle meningeal artery en loopt onder het os temporale. Als deze arterie gaat bloeden krijg je een epiduraal hematoom
Welke soorten intracraniele bloedingen kun je krijgen?
- epiduraal
- subduraal
- subarachnoidaal
- intracerebraal
- intraventriculair
Wat is een epidurale bloeding?
buiten de dura -> lensvormig
Wat is een subdurale bloeding?
binnen de dura -> sikkel
Wat is een subarachnoidale bloeding?
onder het subarachnoide vlies, bloeding gaat via de liquor ruimte
Wat is een intracerebrale bloeding
een bloeding echt in de hersenen
Wat is een intraventriculaire bloeding?
een bloeding in de ventrikels
Wat is het gevaar van een epiduraal hematoom?
inklemmingsbeeld -> dood
Hoe heet het peesblad in de hersenen
- falx = scheidt de hersenhelften van elkaar
- tentorium = scheidt de hemisferen van het cerebellum
Hersenvliezen van binnen naar buiten
- dura mater
- arachnoidea mater
- pia mater
In welk hersenvlies zitten de meeste pijnsensoren?
arachnoidea mater
Waar loopt de liquor circulatie?
in de kruipruimte van de hersenen -> de subarachnoide ruimte, dit zit tussen de pia mater en de arachnoidea mater. Ook slagaders lopen hier door
Gevolgen van een SAB
15% gaat thuis al dood
na 3 maanden: 33% dood, 33% uitval en 33% normaal
Waar wordt de liquor aangemaakt?
in de zijventrikels, door het choroid plexus
Liquorcirculatie
choroid plexus in zijventrikels -> via het foramen van monro -> naar de derde ventrikel -> vervolgens aquaduct van sylvius -> foramina van de vierde ventrikels -> over de convexiteit naar de subarachnoidale ruimte waar het ook weer wordt opgenomen
Wanneer kun je een obstructie waterhoofd krijgen?
- obstructie bij monro (door colloid cyste -> zijventrikels uitgezet)
- Aquaduct stenose -> alle ventrikels behalve het vierde ventrikel zijn uitgezet
Welke twee soorten waterhoofden kennen we?
- obstructiewaterhoofd
- communicerende hydrocephalus
wanneer kun je een communicerende hydrocephalus krijgen?
- meningitis
- SAB
Sensorische hersenzenuwen
Hersenzenuwen 1, 2 en 8 (reuk, kijken en gehoor)
Motorische hersenzenuwen
Hersenzenuwen 3, 4, 6 (oogbeweginge) 11 (schouder) 12 (tong)
Gemengde hersenzenuwen
Hersenzenuwen 5, 7, 9, 10
wat is een ophtalamoplegie?
N3, 4 en 6 zijn voor de oogbewegingen en lopen naast de hypofyse in een grote ader (sinus cavernosus). Als je daar een tumor hebt, dan heb je ophtalamoplegie. Dan kan het zijn dat je oog helemaal stil staat, maar kan ook zijn dat ze niet allemaal zijn aangedaan en dan kun je bijvoorbeeld niet naar buiten kijken maar wel omhoog en omlaag
Cognitive assessment is commonly used for the following reasons:
- screening for cognitive impairment
- differential diagnosis of cause
- rating of severity of a disorder, or monitoring disease progression
MMSE is used for
mini mental state examination is developed as a screening test to distinguish organic form non-organic cognitive disorders. It has also become a common method for screening and monitoring the progression of dementia and delirium
Artikel Ruth Mark
- Dementie
- Parkinson disease dementia
- Delier
- Beroerte
- MS
Cut off score MMSE
The test does not control for education so you need to take this in account when interpreting the scores. Scores of 23 or less for people with minimal education and 25 or less for people with more education
Nadelen MMSE
- floor en ceiling effect
- EF not tested -> hij heeft een bias richting temporaal en parietaal kwab functioneren (alzheimer), maar heel weinig frontaal kwab
- visuospatial functions only measured with a copy task
- -> the MMSE had limited ability to detect non-Alzheimer dementias.
Disuse hypothesis of cognitive aging
this hypothesis attributes decrements in fluid intelligence in older adults to reduced cognitively stimulating activity
What is fluid intelligence?
our ability to creatively and flexibly grapple with the world in ways that do not explicitly rely on prior learning or knowledge
Test for fluid intelligence
CCF = cattel’s culture fair test
Originele doelen van de MMSE
- screenen van cognitive impairment bij oudere patienten die psychiatrische zorg krijgen
- de ernst van de cognitive impairment vaststellen
- monitoren van verandering door meerdere keren te testen
Definitie MCI
an intermediate stage between the expected cognitive decline of normal aging and the more serious decline of dementia
Wat is een ERP
een event related potential, de electrofysiologische reactie op een gebeurtenis.
Wat is het verschil tussen een ERP en een EEG
Een ERP komt voort uit een EEG maar is specifiek voor een bepaalde gebeurtenis en laat de rest weg. Op het EEG zie je veel meer ruis dan op een ERP
Wat zien we als we ERP van ouderen vergelijken met jongeren?
Zowel ouderen als jongeren laten een old-new effect zien, wat betekent dat ook ouderen nog leren. Toch is de morfologie van het ERP verschillend voor ouderen ten opzichte van jongeren, het positiviteits effect wordt minder en blijft minder lang voortduren
Wat is belangrijk voor de diagnose van MCI
- je hebt zowel objectieve als subjectieve klachten
- je kunt zelfstandig functioneren!!!!!!!!
- je hebt geen dementie
Welke vormen van MCI onderscheiden we?
Amnestic versus non-amnestic.
Waar is de hippocampus gelokaliseerd?
medial temporal lobe
Wat zien we bij patienten met amnestic MCI in de hersenen
- atrofie van de hippocampus
- grotere ventrikels
- cell loss in gray and white matter
Wat is cognitieve reserve volgens wikipedia?
the mind’s resistance to damage to the brain
De cognitieve reserve hypothese maakt onderscheid tussen twee soorten reserves, welken?
- brain reserve: hoeveel is er nog over van de grijze en witte stof?
- cognitieve reserve: hoe efficient werkt het brein?
Welke factoren zijn van belang bij het opbouwen van een cognitieve reserve?
childhood cognition, educational attainment, and adult occupation all contribute to cognitive reserve independently. Exercise and lifestyle may also be important
Wat is het grote verschil tussen dementie en normal aging?
mensen met dementie zijn niet meer in staat om zelfstandig te leven
Wat is het verschil tussen dementie en depressie?
een depressie is meestal reactief (na een bepaalde gebeurtenis) en kan zich heel snel ontwikkelen. Tijdens het testen zie je ook verschillen tussen mensen met dementie en een depressie: depressieve mensen doen niet heel erg hun best tijdens de testen terwijl dementerenden dat juist wel doen!
Veel dementerenden hebben een comorbide depressie
DSM diagnose dementie
- memory loss plus at least 1 of the following: aphasia, apraxia, agnosia and EF impairment
- needs to disrupt the independence of the person in daily life (social/occupational functioning)
- capacity of person clearly less than it was
- diagnosis not made if patient is delirious
om de diagnose dementie te kunnen stellen, wat moet je dan allemaal testen/onderzoeken?
- history
- complaints
- cognitive functioning
- IADL functioning
Voordelen vroege diagnose dementie
Early diagnosis means patients can benefit from treatments and gives them and their families more time to plan for the future
Wat zijn de belangrijkste AD biomarkers?
T-tau
P-tau
Abeta42
Wat zijn de core pathologic features of AD?
- neuronal loss
- intracellular neurofibrillary tangles
- extracellular senile plaques
Wanneer zijn biomarkers van AD al zichtbaar?
In de preclinical phase al. Ongeveer 10-20 voor de diagnose, dus al lang voordat je symptomen krijgt.
Dus: since the pathologic processes of AD start decades before the first symptoms, these biomarkers may provide means of early disease detection
The updated guidelines identify three different stages of AD
- preclinical AD
- MCI due to AD
- AD with dementia
Biomarkers of AD change during the course of the disease:
Neural integrity lessens during the course, eerst beginnen de amyloid plaques te stijgen, en later pas de neurofibrillary tangles.
AD wordt gekenmerkt door atrofie, waar begint de atrofie?
- eerst in de entorhinal cortex
- dan in de hippocampus
- dan in de temporal neocortex
- dan whole brain atrophy
first signs of dementia often seen/uncovered during the clinical interview
- memory / concentration difficulties
- loss of interest
- emotional lability
- increased sensitivity
- more easily tired
- difficulties with routines
- anxious/uncertain
- word finding problems and hesitation
Characteristics of the most common types of dementia - AD
in the early stage severe episodic memory problems (amnesia) and problems with language
Characteristics of the most common types of dementia – VaD and subcortical dementias
slow tempo, reduced EF, attention problems, memory problems tend to be less severe early on than by AD
Characteristics of the most common types of dementia - lewy body dementia
severe memory (amnesic) syndrome and visual construction problems. Ruth Mark adds fluctuating cognition, hallucinations and parkinson symptoms
Characteristics of the most common types of dementia - FTD
begins with behavioural changes followed later by cognitive problems in language and EF. Memory tends to stay good longer than for other types of dementia
At what point is it the most possible to make a DD
A DD can only be made in the early stages. When the disease progresses, it all looks te same. Only in the beginning, there are differences
Tests for AD - cognitive assessments
- AD assessment scale, cognitive subsection = ADAS-cog
- MMSE
- Clinical dementia rating scale = CDR
- Cambridge mental disorders of the elderly examination = CAMDEX/CAMCOG
- Bredase dementie screening = BDS-R
- Amsterdamse dementie screening = ADS-6
Tests for AD - functional assessments
- Functional assessment questionnaire = FAQ
- Instrumental Activities of Daily Living = IADL
Tests for AD - global assessments
- Clinical Global Impression of Change = CGIC
- Clinical Interview-Based Impression = CIBI
- Global Deterioration Scale = GDS
Tests for AD - caregiver based assessment
- Behavioral Pathology in AD Rating Scale = BEHAVE-AD
- Neuropsychiatric Inventory = NPI
- Informant Questionnaire on Cognitive Decline in the Elderly = IQCODE
Vascular cognitive disorder
The term ‘vascular cognitive disorder’ was proposed to define vascular cognitive deficits of sufficient severity to meet criteria for a diagnosable disorder. It was intended as an umbrella term to include the spectrum of impairment from mild ‘vascular cognitive impairment’ (VCI) to VaD.
Wanneer denk je aan VaD en niet aan AD?
a profile of relatively preserved language and recognition memory, but with significant motor and psychomotor slowing and impaired executive performance, can be supportive of a diagnosis of probable VCI rather than (early/mild) AD
Cerebrovascular disease (CVD) is defined by
the presence of focal signs on neurologic examination such as: hemiparesis, facial weakness, Babinski sign, sensory deficit, hemianopia, dysarthria consistent with stroke (with or without history of stroke) and evidence of relevant CVD via brain imaging.
Vascular dementia versus AD (hoe een DD te onderzoeken)
In general those with VaD don’t show memory impairment in the early stages but rather EF and attention impairments and motor slowness.
Better free recall and fewer recall intrusions compared with patients with AD.
Apathy early in the disease is more suggestive of vascular dementia because it usually occurs in the later stages of AD.
Generally show poorer verbal fluency and more perseverative behaviour compared with patients with AD.
Three main symptoms Lewy Body Dementia
- Fluctuating alertness and/or cognition
- Recurrent visual hallucinations
- Parkinson’s disease symptoms (slowness, muscle stiffness, trembling of the limbs, loss of facial expression, tendency to shuffle when walking, changes in strength and tone of voice.)
Features supportive of a diagnosis of LBD
- repeated falls
- fluctuating cognition
- transient loss of consciousness
- neuroleptic sensitivity
- delusions
- hallucinations
Subtypes van frontotemporale dementie
- Fronto-temporal behavioral variant (FTD-BV)
- Progressive non-fluent aphasia
- Semantic dementia
Definitie epilepsie (Slides)
Epilepsy is a group of long-term neurological disorders characterized by epileptic seizures or excessive and abnormal cortical nerve cell activity in the brain
Definitie epilepsie ILAE
Een chronische hersenaandoening waarbij er een constante neiging is tot het genereren van epileptische aanvallen en waarbij sprake is van neurobiologische, cognitieve en psychosociale gevolgen
Een epilepsieaanval kan qua uitingsvorm varieren op vier dingen:
- mate van bewustzijnsverlies
- onwillekeurige bewegingen
- perceptuele of autonome veranderingen
- gedragsveranderingen
Hoe ontstaat een epileptische aanval?
Epileptische ontladingen ontstaan als gevolg van een verstoorde werking van ionenkanalen in het celmembraan of een verstoorde balans in neurotransmitters. Bij voldoende excessieve epileptische ontladingen kan dit tot aanvallen leiden.
Idiopathic (primary) epilepsy
means that the epilepsy is usually genetic or inherited. Typically starts in childhood but not always diagnosed then. No brain or spinal structural abnormalities. So it is nog about a tumor or a lesion, but it is about a overactive brain
Symptomatic (secondary) epilepsy
means there is a known cause often caused during birth but can also be due to stroke, brain cancer etc.
Cryptogenic epilepsy
the cause for a person’s epilepsy has not yet been found, despite investigations