allemaal Flashcards

1
Q

iconografie

A

methode in de kunstgeschiedenis die thema’s onderwerpen en motieven in de beeldende kunst en cultuur bestudeert.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

noem 4 soorten iconografie

A

de iconografie van een onderwerp, de iconografie van een motief, de iconografie van mythologische figuren, de iconografie van historische personen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

noem een voorbeeld van Iconografie van een onderwerp

A

de kruisiging

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

noem een voorbeeld van Iconografie van een motief

A

het kruishout

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

noem een voorbeeld van De iconografie van een mythologische figuur

A

Narcissus

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

noem een voorbeeld van de Iconografie van historische personen

A

Willem van Oranje I

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

definieer Attributen

A

voorwerpen, dieren, planten etc.,die aan een figuur worden toegevoegd, waardoor deze zich van anderen onderscheidt. te onderscheiden in algemene en persoonlijke attributen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

noem voorbeelden Algemene attributen

A

Nimbus of aureool voor heiligen, palmtak voor martelaren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

noem voorbeeld persoonlijke attributen

A

voor afzonderlijke heiligen, personificaties bijvoorbeeld agnes met lam of zandloper voor tempus, de tijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

noem manieren van het afbeelden van de nimbus

A

kruisnimbus, supernimbus (kruisnimbus in mandorla), als platte schijven, als ruimtelijke schijven, als lichtschijnsels, glazenschijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

definieer symbool

A

Een begrip, of een voorstelling daarvan, dat een ander begrip vervangt en a.h.w. samenvat.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

noem 5 voorbeelden van symbool

A
  • duif als symbool van de Heilige Geest- Lam Gods als symbool voor Christus- pelikaan die zijn jongen voedt met zijn bloed als symbool voor Christus- de symbolen van de vier evangelisten- personificaties
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

geef de symbolen voor de vier evangelisten

A

gevleugelde mens – Mattheus, gevleugelde leeuw – Marcus, gevleugelde rund – Lucas, adelaar – Johannes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

definieer Personificatie

A

symbool, bestaande uit een menselijke figuur die staat voor: een abstract idee, begrip of concept (bv. een deugd) abstracties (zoals een stad of een regio) onderdelen van de natuur, natuurverschijnselen e.d.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

noem een voorbeeld van een personificatie

A

de deugden en ondeugen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

definieer Allegorie

A

een voorstelling (of een tekst) waarin een of meer personificaties handelend optreden, al dan niet in combinatie met niet-allegorische figuren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

noem de vier kardinale deugden

A

Voorzichtigheid (Prudentia), Gerechtigheid (Iustitia), Kracht (Fortitudo), Gematigdheid (Temperantia)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe is spes/hoop afgebeeld?

A

met een anker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe is fides/geloof afgebeeld?

A

bijbel en latijns kruis soms ook met christus eraan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

noem de 3 theologische/ christelijke deugden

A

Geloof (Fides), Hoop (Spes) en Liefde (Charitas)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

hoe is charitas/liefde afgebeeld?

A

moeder met kind

18
Q

hoe is Iustitia/ gerechtigheid afgebeeld?

A

met weegschaal en zwaard

19
Q

hoe is Voorzichtigheid (Prudentia afgebeeld

A

met slangen en heeft vaak meerdere hoofden

20
Q

hoe is Kracht (Fortitudo) afgebeeld?

A

zuil dragend / met leeuw soms

21
Q

hoe is Gematigdheid (Temperantia) afgebeeld?

A

met kan iemand die water en wijn samen schenkt

22
Q

rahmenthemen/ encompassing theme’s

A

De uitbeelding van nieuwe onderwerpen sluit aan bij bestaande, verwante onderwerpen. Wat de iconografieën met elkaar verbindt:

23
Q

hoe komen conventionele onderwerpen terug in de naamgeving

A

conventionele onderwerpen worden vaak de titels van kunstwerken, de bijnamen of de namen die de kunstenaars zelf aan het werk toegeven

24
Q

naamgeving als titel

A

madonna met kind

25
Q

naamgeving als bijnaam

A

sixtijnse madonna, schone tuinierster, de nachtwacht

26
Q

in welke traditie past broadthaers

A

als artiest als curator

27
Q

wat is een embleem

A

Een embleem is een symbool, plaatje of afbeelding die een bepaalde betekenis of boodschap uitdrukt.

28
Q

uit welke 3 lemma’s bestaat een embleem

A

1) Inscriptio, 2) Pictura, 3) subscriptio

29
Q

wat stellen 2 zuilen voor

A

verwijzing naar oude testament van jachin en boaz

30
Q

zoon van zonnegod helios

31
Q

sterveling die dacht dat ie beter kon fluiten dan apollo en werd gevild

32
Q

juno jaloers, want jupiter ook andere affaire

A

met Semele, vraagt om z’n echte gedaante maar bliksem te fel en ze sterft Dionyssus verder geboren in z’n been

33
Q

vulcanus er wordt vreemd op hem gegaan

A

Mars en Venus affaire maar krijgen net over zich geen van vulcanus

34
Q

moeder had hubris dus meisje werd vastgeketend aan een rots en stuurde een monster af

A

andromeda het meisje en perseus redt haar

35
Q

3x appels

A

hippomenes wil met atalanta trouwen maar moet van haar winnen tijdens het rennen, door appels te gooien lukt dit later worden ze wel leeuwen helaas

36
Q

dood slang onderwereld lier mooi muziek, omkijken dood

A

eurydice en orpheus

37
Q

mocht nergens baren vanwege overspel zeus en juno

A

latona en de lycische boeren, veranderd ze in kikkers omdat ze geen water mag

38
Q

st petrus

A

sleutel, naar de hemel, omgekeerd kruis, vissersnet/haak

39
Q

st paulus

A

zwaard, boeken/rollen, kaal of gemillimeterd met baard

40
Q

st franciscus

A

moninksspij, vogels/dieren, stigmata(zichtbare wonen)

41
Q

catharina van alexanderie

A

wiel met pinnen, zwaard, boek

42
Q

iconologia

A

handboek van cesare ripa waarin staat hoe je bepaalde dingen moet afbeelden -> profane iconografie

43
Q

wat voor een symbolen zijn er te zien in de allegorie van het katholieke geloof

A

bijbel naast haar, staat op wereldbol, blauw aan geassocieerd met puurheid van maria, kelk, slang en appel verwijzen naar zondenval

44
Q

man met boek emblemen

45
Q

symbolen kunstenaaresse

A

rommelig haar, opgestoken, gouden ketting

46
Q

panofsky onderscheidt 4 stadia

A
  1. Pre-iconografische beschrijving
  2. Iconografische beschrijving
  3. Iconografische interpretatie
  4. [Iconologie]
46
Q

daniel

A

Daniël is een tekst uit het oude testament. In deze tekst wordt verwezen naar het verrijzen van
de doden tijdens het laatste oordeel.

47
Q

mattheus

A

7 werken van barmhartigheid vertelt hoe je aan de juiste kan van het oordeel komt