Brainscape's Knowledge GenomeTM

Browse over 1 million classes created by top students, professors, publishers, and experts.


See full index

Bedrijfseconomie > All > Flashcards

All Flashcards

1
Q

Wat is een one-pager?

A

A guide that walks you through how to summarize your company profile and share your achievements.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn onderdelen van een ondernemingsplan?

A

Juridisch plan, organisatieplan, personeelsplan, marketingplan en financieelplan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat omvat een investeringsbegroting?

A

Alles wat je nodig hebt om een bedrijf te starten, en wat dat allemaal kost in geld

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn vaste activa?

A

Bedrijfsmiddelen die langer dan een jaar in je bedrijf aanwezig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

‘Bedrijfsmiddelen die langer dan een jaar in je bedrijf aanwezig zijn’ - Welke activa wordt hier beschreven?

A

Vaste activa

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn voorbeelden van vaste activa?

A

Machines, computers, gereedschap, inventaris, auto. Deze gaan in principe langer dan vijf jaar mee

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat zijn vlottende activa?

A

Bedrijfsmiddelen die korter dan één jaar in je bedrijf aanwezig zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn voorbeelden van vlottende activa?

A

Bijvoorbeeld voorradden, grondstoffen, eindproducten en vorderingen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn liquide middelen?

A

Geld. Of middelen die snel in geld om te zetten zijn.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Noem voorbeelden van liquide middelen:

A

Kasgeld en bank (betaalrekening)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke rekening is GEEN voorbeeld van een liquide middel?

A

de spaarrekening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is het eigen vermogen?

A

Het deel van de investeringen dat je ZELF financieert met bijv. spaargeld of bedrijfsmiddelen die je al hebt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is vreemd vermogen?

A

Geld dat banken en leveranciers aan je willen (uit)lenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn schulden op korte termijn? (VV kort)

A

Rekening-courantkrediet

Leverancierskrediet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat zijn schulden op lang termijn? (VV lang)

A

hypotheek voor gebouw en lening voor inventaris

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is solvabiliteit?

A

De verhouding van je eigen vermogen (EV) t.o.v. het totaal benodigde vermogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

Wat eist de bank vaak bij een startende ondernemer?

A

Dat hij ook eigen vermogen inbrengt, meestal minimaal 20%

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

‘De verhouding van je eigen vermogen (EV) t.o.v. het totaal benodigde vermogen’ - waarvan is dit de definitie?

A

Solvabiliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

Wat zijn crediteuren?

A

Leveranciers die je al wel hebben geleverd maar wie je nog niet hebt betaald, en dus een schuld hebt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

Wat zijn debiteuren?

A

Klanten die van jou al wel goederen hebben ontvangen, maar aan jou nog niet hebben betaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

Een beginbalans is een totaal van…

A

De investeringsbegroting (links, debetzijde) en de financieringsbegroting (rechts, creditzijde)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q 
"verkoop van goederen en diensten
verkoop van machines, gebouwen, transportmiddelen
extra banklening (tussentijds)" - wat zijn dit?
A

Ontvangsten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

Wat is een liquiditeitsbegroting?

A

het vooraf inschatten: hoeveel geld ga je per periode (meestal per maand) uitgeven en ontvangen?

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

Wat bereken je met een exploitatiebegroting?

A

Hiermee bereken je of je bedrijf winst of verlies maakt.

Je kijkt naar de toename van het eigen vermogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

‘Hiermee bereken je of je bedrijf winst of verlies maakt.

Je kijkt naar de toename van het eigen vermogen.’ - Om welke begroting gaat het hier?

A

exploitatiebegroting

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

Wat zijn andere namen voor de Exploitatierekening?

A

Winst- en verliesrekening

Resultatenrekening

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

Wat zijn geen uitgaven, maar wel kosten?

A

Afschrijvingen (van de vaste activa)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
28
Q

Bij welke post komt de nettowinst terecht?

A

Nettowinst komt bij het EV, tenzij het wordt gebruikt voor privé-uitgaven …

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
29
Q

Een investeringsbegroting van een op te richten bedrijf:

A

is gelijk aan de debetzijde van de (openings)balans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
30
Q

Het positieve eindbedrag (saldo) van de exploitatiebegroting noemen we:

A

winst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
31
Q

Wat is een onepager?

A

Het totaalidee van een bedrijf op één papiertje

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
32
Q

Wat staat er op een investeringsbegroting?

A

Alles op een rijtje wat je nodig hebt om te starten. En hoeveel geld dat kost.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
33
Q

Hoe lang gaan vlottende activa mee?

A

Korter dan één jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
34
Q

‘Geld of middelen die snel in geld zijn om te zetten’ – Bij welke economische term hoort dit?

A

liquide middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
35
Q

Wat is de solvabiliteit van een bedrijf?

A

de verhouding van je eigen vermogen t.o.v. het totaal benodigde vermogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
36
Q

Wat eist de bank vaak van startende ondernemingen als het gaat om de solvabiliteit?

A

dat er ook een eigen vermogen wordt ingebracht, meestal minimaal 20 procent.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
37
Q

Wat zijn crediteuren?

A

Leveranciers aan wie je al wel goederen (of diensten) hebt ontvangen, maar nog niet hebt betaald (dus schuld, een nog te betalen bedrag)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
38
Q

Wat zijn debiteuren?

A

klanten die van jou al wel goederen (of diensten) hebben ontvangen, maar die nog niet aan jou hebben betaald (vordering)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
39
Q

Wat is aan te raden als je eindsaldo liquide middelen extreem positief is?

A

Investeren óf sparen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
40
Q

Wat is aan te raden als je eindsaldo liquide middelen negatief is?

A

Bezuinigen of (bij)lenen om de boel draaiende te houden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
41
Q

Wat is een exploitatiebegroting?

A

berekening van winst of verlies van een bedrijf. Je kijkt naar de toename van het eigen vermogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
42
Q

Waarbij kijk je bij de exploitatiebegroting?

A

naar de toename van het eigen vermogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
43
Q

Wat zijn geen uitgaven, maar wél kosten?

A

Afschrijvingen. Zoals waardevermindering van vaste activa. Je betaalt hier niks voor, maar het zijn wel kosten want de waarde is afgenomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
44
Q

Een investeringsbegroting van een op te richten bedrijf:

A

is gelijk aan de debetzijde van de openingsbalans

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
45
Q

Als je een onderneming start moet je beslissen welke corebusiness je begint, wie je concurrenten zijn, en wat je USP’s zijn. Welk model helpt je hierbij?

A

De Golden Circle van Simon Sinek (why, how, what)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
46
Q

‘Waardevermindering van vaste activa. Geen betalingen, maar wél kosten’ – Waarvan is dit een definitie?

A

afschrijvingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
47
Q

Hoe ga je benodigde investeringen financieren in je investeringsbegroting?

A

Met eigen en vreemd vermogen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
48
Q

Wat valt onder je eigen vermogen?

A

Het deel van de investeringen dat je zelf financiert. Zoals geld dat je beschikbaar hebt en bedrijfsmiddelen die je al hebt aangeschaft (bijv. auto)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
49
Q

Wat valt onder vreemd vermogen?

A

Geld dat zakelijke financiers (bijv. bank/leveranciers) aan je willen (uit)lenen

50
Q

Wat zijn schulden op korte termijn?

A

rekening-courantkrediet, leverancierskrediet, te betalen belastingen

51
Q

Schulden op de lange termijn zijn:

A

hypotheek voor gebouw, lening voor inventaris

52
Q

Hoeveel procent eist de bank dat een startende onderneming zelf aan eigen vermogen inbrengt?

A

Meestal min. 20 procent

53
Q

Hoe wordt leverancierskrediet ook wel genoemd?

A

Crediteuren

54
Q

‘Leveranciers van wie je al goederen hebt ontvangen, maar aan wie je nog moet betalen’ Hoe noem je dit?

A

Crediteuren. Je hebt een schuld, een nog te betalen bedrag.

55
Q

Je hebt een vordering, een nog te betalen bedrag dat jij ontvangt – Wat is dit?

A

Debiteuren

56
Q

Wanneer ontstaat liquiditeit?

A

Op het moment dat je geld ontvangt of geld uitgeeft -> het moment dat het geld gaat stromen.


57
Q

Wat kun je opmaken uit een exploitatiebegroting?

A

Of je winstgevend bezig bent ja of nee. Je noemt dit ook wel de winst- en verliesrekening

58
Q

Wat gebeurt er met de winst?

A

Nettowinst (na belasting) komt bij het eigen vermogen op de balans. (tenzij het gebruikt wordt voor prive uitgaven

59
Q

Wat omschrijft het type vluchteling als ondernemer?

A

Wil vrij zijn, dus gaat weg bij zijn baas. Of begint voor zichzelf bij banen schaarste

60
Q

In januari koop je voor een jaar voorraad op rekening met 2mnd krediet. Wanneer begin je met betalen?

A

In maart. En je eindigt met betalen in maart het volgende jaar. Het hele bedrag komt wel direct op het liquiditeitsoverzicht!

61
Q

Wat is het verschil tussen kosten en uitgaven?

A

Van kosten word je armer (ook al betaal je niet, je EV daalt)


Bij uitgaven geef je altijd geld uit (geldstroom )

62
Q

Wat is het verschil tussen opbrengst en ontvangst?

A

Van opbrengst word je rijker (je EV stijgt)


Bij ontvangst krijg je geld (geldstroom verschijnt in liquide middelen)

63
Q

Hoe bereken je de inkoopwaarde vd omzet (IWO)?

A

Omzet – brutowinst = IWO

64
Q

Hoe bereken je de eindvoorraad van een onderneming?

A

Beginvoorraad + Inkopen – IWO = Eindvoorraad

65
Q

Wat is de maximale krediettermijn?

A

3 maanden

66
Q

Jaap heeft sinds zijn ontslag veel gesolliciteerd, maar zonder succes. Met zijn kwaliteiten en ervaring als communicatieprofessional is hij daarom vorig jaar maar voor zichzelf begonnen als PR-adviseur / copywriter.
Welke type ondernemer is Jaap?

A

De vluchteling

67
Q

Een ondernemingsplan bestaat uit deelplannen. In welk deelplan vind je de gewenste investeringsbegroting?

A

Financieel Plan

68
Q

Welk begrip hoort bij de linkerzijde van een balans?

A

Bezittingen

69
Q

Een lening bij ASN bank met een looptijd van 3 jaar behoort tot:

A

Vreemd vermogen lang

70
Q

Boer Harms koopt een extra stuk landbouwgrond van 5 hectare en financiert dat men met een hypothecaire lening bij de Rabobank. Het stuk landbouwgrond wordt op de balans vermeld onder:

A

Vaste activa

71
Q

Uit een analyse van de balans van Philips blijkt dat het bedrijf solvabel is. Dat betekent dat Philips:

A

Veel eigen vermogen heeft ten opzichte van het totale vermogen

72
Q

De jaarlijkse afschrijving van €1.000,- op een heftruck in 2016 wordt door een onderneming opgenomen in/op:

A

Het exploitatieoverzicht over 2016

73
Q

Welke balanspost staat meestal nog op nul (€0,-) op de beginbalans van een startende ondernemer?

A

debiteuren

74
Q

Danielle start per 1 januari 2017 haar eigen bedrijf. Ze heeft in september 2016 al een bureau en een bureaustoel aangeschaft en betaald. Bureau en bureaustoel wordt op 1 januari 2017 door Danielle opgenomen in/op:

A

debetzijde van de balans

75
Q

De financieringsbegroting van een op te richten bedrijf is hetzelfde als:

A

de creditzijde van de beginbalans

76
Q

Mario heeft een pizzeria en schaft een nieuwe oven aan voor €2.500,- Hij moet onmiddellijk bij levering betalen. Wat betekent deze transactie voor het balanstotaal?

A

Balanstotaal blijft gelijk

77
Q

Stefan schrijft dit jaar €100,- af op de broodsnijmachine in zijn bakkerij. Wat is het gevolg van deze transactie voor het balanstotaal?

A

het balanstotaal wordt lager

78
Q

Pieter betaalt op 19 juni 2016 de elektriciteitsrekening voor het energieverbruik in de maand mei (van 2016) voor zijn tuindersbedrijf. Welke posten veranderen op de balans van Pieters tuindersbedrijf door deze transactie op 19 juni?

A

De liquide middelen en crediteuren

79
Q

Pieter betaalt op 19 juni 2016 de elektriciteitsrekening voor het energieverbruik in de maand mei (van 2016) voor zijn tuindersbedrijf. Welke posten veranderen op de balans van Pieters tuindersbedrijf door deze transactie op 19 juni?

A

De liquide middelen en crediteuren

80
Q

Een klant brengt een broek terug bij de winkel. Hij ontvangt de waarde van €89,- contant retour. Welke post op de balans van de winkel verandert er niet door deze transactie?

A

EIGEN VERMOGEN

81
Q

Max heeft een koeriersbedrijf. Hij brengt een pakketje weg voor €150,-. De klant betaalt contant bij aflevering. Welke veranderingen zijn zichtbaar op de balans van Max’ koeriersbedrijf door deze transactie?

A

het eigen vermogen stijgt met 150EU, en liquide middelen met 150EU

82
Q

Er wordt op 1 januari 2016 een 5%- lening afgesloten voor een bedrag van €80.000,- In 2016 wordt er €10.000,- afgelost, dat gebeurt op 31 december 2016. Op 31 december 2016 wordt ook de rente over 2016 betaald. Per 1 januari 2017 staat de lening op de balans voor een bedrag van:

A

70.000 (rest van lening blijft altijd staan. (80K - aflossing 10K = 70K lening op balans)

83
Q

X verkoopt op rekening en levert een houten tafel ter waarde van €4.950,-. Inkoopwaarde van de tafel was €950,-. Wat zijn de gevolgen van deze transactie voor de balans van X?

A

Debiteuren stijgt met een bedrijf van €4.950,-, eigen vermogen stijgt met een bedrag van €4.000,- en voorraad goederen daalt met een bedrag van €950,-

84
Q

Waarom wordt een liquiditeitsbegroting meestal per maand opgesteld en niet per jaar?

A

Vroege uitgaven en late ontvangsten kunnen tot liquiditeitsproblemen leiden

85
Q

Wat kun je aflezen van een exploitatierekening van een bedrijf over het afgelopen jaar?

A

In hoeverre het bedrijf het afgelopen jaar een goed resultaat heeft geboekt

86
Q

Janneke is eigenaar van Yanneke Youth & Yoga en betaalt aan Nuon in januari 2016 al vooruit voor haar energieverbruik in de maand februari 2016. Op welke rekening komt dit?

A

Wel op de liquiditeitsrekening maar niet op de exploitatierekening

87
Q

Bavaria heeft Guus Meeuwis kunnen strikken voor een optreden op het personeelsfeest in juni 2016. Bavaria betaalt een maand vooruit, dus in mei 2016, een onbekend bedrag aan het management van Guus Meeuwis. Het optreden van Guus Meeuwis is voor Bavaria in de maand juni 2016:

A

geen uitgave, wel kosten!

88
Q

Mora krijgt op 10 augustus 2016 eindelijk het geld binnen van Cafetaria Addy’s snackcorner voor hun inkopen van een partij frikandellen bij Mora twee maanden eerder. Voor Mora leidt de transactie van 10 augustus tot:

A

alleen ontvangsten

89
Q

De situatie bij een bedrijf op 1 januari 2016 als volgt: Liquide middelen €200.000,- en Eigen vermogen €300.000,- De situatie op 31 december 2016 is als volgt: Liquide middelen €150.000,- en Eigen vermogen €350.000,-. Uit deze gegevens kun je voor 2016 concluderen dat:

A

De opbrengsten groter zijn dan de kosten

90
Q

Als het saldo liquide middelen van een bedrijf stijgt:

A

Zijn de ontvangsten groter geweest dan de uitgaven

91
Q

Harry van Harry’s tuincentrum koopt plantenbakkers in op rekening en maakt het te betalen bedrag dus nog niet over naar de leverancier. Deze transactie leidt nu tot:

A

Geen kosten en ook geen uitgaven

92
Q

Door administratiekantoor Bunnink-Zuid zijn in februari 2015 vijf nieuwe iPads aangeschaft voor een bedrag van €9.000,-. Een bedrag van €3.000,- daarvan wordt pas betaald in 2016, de rest wordt contant afgerekend. Op deze computers wordt in 2015 al meteen €500,- afgeschreven. Deze nieuwe computers komen op de eindbalans van 31 december 2015 voor een bedrag van:

A

8.500

9000-500afsch=8.500

93
Q

De totale omzet in 2015 van reclamebureau ‘-TJES’ bedraagt €400.000,-. De eigenaren Erika en Jeroen, hebben op 31 december 2015 van alle klanten het geld binnen, behalve de €25.000,- van de laatste campagne die ze hebben gemaakt voor Nike. Er kwam in 2015 daarnaast nog wel in totaal €40.000,- binnen van debiteuren van 2014. In het exploitatieoverzicht van 2015 van ‘-TJES’ staat bij opbrengsten:

A

400.000

94
Q

Bedrijven werken vaak met krediettermijnen voor inkopen en verkopers van goederen of diensten. Wat is het voordeel van een lang leverancierskrediet voor jouw bedrijf?

A

Je hoeft je inkopen pas later te betalen, dus je hebt minder liquiditeitsproblemen

95
Q

De omzet van 2016 bedraagt €6.000.000,-. De omzet is 100% op rekening met een krediettermijn van één maand. De omzet is gelijkmatig over het jaar verdeeld en alle klanten maken maximaal gebruik van de krediettermijn. Op 31 december 2016 staat er op de balans bij debiteuren een bedrag van:

A

500.000

6/12=500K

96
Q

De omzet over 2016 bedraagt €420.000,- met een krediettermijn van twee maanden. De inkoopwaarde van de omzet bedraagt €240.000,- De omzet is gelijkmatig verspreid over het jaar en alle klanten maken maximaal gebruik van de krediettermijn. Met welk bedrag neemt het eigen vermogen toe naar aanleiding van deze gegevens?

A

180.000

420K-240K=180K

97
Q

De inkopen over 2016 bedragen €60.000,- De inkoopwaarde van de omzet over 2016 bedraagt €50.000,-. De voorraad goederen op 1 januari 2016 bedraagt €30.000,- Voor welk bedrag komt de voorraad goederen op 31 december 2016 op de balans?

A

40K
(60K-IWO50K=10K
10K+30Kvoorraad=40K)

98
Q

In 2016 bedraagt de inkoopwaarde van de omzet €60.000,- en de bruto winstmarge bedraagt 25% van de omzet. Hoe hoog is de omzet in 2016?

A

€75.000,-
(60K/100x25%=15K
15K+60K=)

99
Q

X koopt in de maand januari voor een hoger bedrag aan voorraad snoep in dan de inkoopwaarde van de omzet van diezelfde maand. Dat heeft tot gevolg dat de totale voorraad snoep van X in de maand januari:

A

groter wordt

100
Q

Waar zorgt de exploitatiebegroting voor?

A

deze begroting dient ervoor om het te verwachten bedrijfsresultaat (nettowinst) en economisch resultaat te schatten. Het gaat hierbij op opbrengsten en kosten.


101
Q

Waar zorgt de liquiditeitsbegroting voor?

A

met deze begroting bereken je het te verwachten saldo liquide middelen (kas, bank en postbank). Het zijn de ontvangsten en uitgaven

102
Q

Wat is het doel van een exploitatiebegroting?

A

Berekenen van de nettowinst

103
Q

Waarom is een afschrijving NOOIT een betaling, maar WEL KOSTEN?

A

Het is een waardevermindering van een productiemiddel) dus kosten.

104
Q

Wanneer komt rente op de liquiditeitsbegroting?

A

ALLEEN als het betalingen zijn

105
Q

Wat komt er op de liquiditeitsbegroting?

A

inkomsten en uitgaven

106
Q

‘Gaat enkel om de te VERWACHTE ontvangsten en uitgaven’ - Bij welke begroting hoort dit?

A

Liquiditeitsbegroting

107
Q

wat bepaal je met een exploitatierekening?

A

Of je winst of verlies maakt. U zet namelijk de verwachte omzet en kosten onder elkaar.

108
Q

Wat zet je onder elkander bij de exploitatierekening?

A

De verwachte omzet en kosten

109
Q
  1. De financieringsbegroting van een op te richten bedrijf is hetzelfde als:
A

de creditzijde van de beginbalans

110
Q

Aan de debetzijde van de (begin)balans staan:

A

activa en bezittingen

111
Q

Een investeringsbegroting op de beginbalans is het totaal van de…

A

debetzijde

112
Q

Een begroting is altijd: (tijdsperiode)

A

vooraf

113
Q

Een overzicht of rekening is altijd: (tijdsperiode)

A

achteraf

114
Q

Van kosten wordt je armer, ook al betaal je ze nog niet.. Wat daalt op de balans bij kosten?

A

Je eigen vermogen

115
Q

Van opbrengsten word je rijker, ook al ontvang je het geld nog niet. Welke post op de balans stijgt?

A

Je eigen vermogen

116
Q

Hoe bereken je de eindvoorraad?

A

Beginvoorraad + inkopen – IWO = eindvoorraad

117
Q

Wanneer komt rente op de liquiditeitsbegroting?

A

ALLEEN als het betalingen zijn! (wel altijd op exploitatie)

118
Q

Aflossingen van leningen komen alleen op de…

A

Liquiditeitsbegroting (want betaling, geen kosten), NOOIT Op exploitatiebegroting!

119
Q

Een bedrag dat niet op een bepaald moment wordt betaald; komt niet op de…

A

liquiditeitsbegroting

120
Q

Wat is het voordeel van een lang leverancierskrediet voor jouw bedrijf?

A

Je hoeft je inkopen pas later te betalen, dus je hebt minder liquiditeitsproblemen

Bedrijfseconomie (1 decks)

Brainscape helps you reach your goals faster, through stronger study habits.
© 2024 Bold Learning Solutions. Terms and Conditions