Aftakkingen A. Brachialis Flashcards
1
Q
a. profunda Brachii
A
• ontstaat uit de achterrand van de a. brachialis distaal van de eindpees van m. teres major en m.
lattissimus dorsi
• dringt tussen het caput mediale en caput longum van m. triceps brachii samen met n. radialis
• vertakt daar in verschillende spiertakken voor de m. triceps brachii
Ru. soms afwezig dan vervangen door a. coll. radialis
2
Q
A. bicipitalis
A
- ontspringt uit de voorrand van de a. brachialis thv. de insertie van m. coracobrachialis
- dringt in m. biceps brachii
Ru. kan ontstaan uit a. transversa cubiti
3
Q
A. collateralis Ulnaris
A
- ontstaat uit de achterrand van de a. brachialis boven epicondylus medialis humeri
- volgt de onderrand van caput mediale van m. triceps brachii
- kruipt samen met n. ulnaris tussen caput ulnare en caput humerale van m. flexor carpi ulnaris
- eindpunt en manier is afhankelijk van de diersoort (zie diersoortbespreking)
Eq. loopt med van os acce in r. palmaris
Ru. loopt lat van os acce. in r. introsseus
Carn. zeer kort, loopt onder elleboog uit in a. ulnaris
4
Q
A. Transversa cubiti
A
- ontstaat iets boven het ellebooggewricht uit de voorrand van a. brachialis
- loopt tussen humerus en m. biceps naar de buigvlakte van de elleboog
- vervolgens loopt ze met ramus profundus van n. radialis onder de strekkers van carpus en tenen • vertakt zich in de strekkers van carpus en tenen
- een tak van a. transversa cubiti kan doorlopen tot op de carpus (niet-Carn)
5
Q
A. Brachialis Superficialis (Carn)
A
- ontstaat tussen het middenste en distale derde van de humerus uit voorrand a. brachialis
- kruist het distale einde van m. biceps brachii
- loopt boogvormig om de voorrand van de m. biceps brachii (iets terug naar proximaal)
- splitst zich in een mediale en een laterale eindtak