Acute onsteking Flashcards

1
Q

Wat zijn de stappen in actute ontsteking?

A
  1. Vasodilatatie en, als gevolg, een verlangzaamde bloedstroom.
  2. Verhoogde permeabiliteit van bloedvaten.
  3. Emigratie van de leukocyten naar het beschadigde weefsel.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe bewegen de leukocyten naar het beschadigde weefsel?

A
  1. Marginalisation: door het verlangzamen van de bloedstroom (vasodilatatie), gaan de leukocyten aan de kanten van het bloedvat zitten in een proces wat MARGINALISATIE genoemd wordt.
  2. Rolling Adhesion: de leukocyten blijven losjes aan het endothelium hangen. Dit wordt veroorzaakt door eiwitten die op de endotheelcellen (P-selectins en E-selectine) en de leukocyten (L-selectins) zelf te vinden zijn. De expressie van de boven genoemden eiwitten en hun liganden wordt door cytokines (IL-1 en TNF-a) veroorzaakt.
  3. Firm Adhesion: de leukocyten binden aan het endotheel. Cytokines, zoals IL-1 en TNF-a, bewerken de productie van integrins-liganden (VCAM-1 bvb), die aan de integrins op de leukocyten binden.
  4. Transmigratie/Diapedesis: de leukocyten migreren door het endotheel naar het target-weefsel. PECAM-1/CD31 is o.a. verantwoordelijk voor dit proces.
  5. Chemotaxis: de leukocyten migreren tot de specifieke plek waar de beschadig heeft plaats gevonden. Dit gebeurd onder de invloed van cytokines, complement componenten en arachidonic zuur metabolieten (LTB4). Deze moleculen binden aan GPCR, die Rac/Rho/cdc42 activeren en het cyto-skelet van de cel veranderen.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Timeline van leukocyten infiltratie?

A

6-24 uur –> neutrofile granulocyten

24-48 uur –> macrofagen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe verwijderen leukocyten de schadelijke micro-organismen?

A

Fagocytose, Netrophil extracellular traps, lysosomale enzymen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat zijn de verschillende soorten acute ontsteking?

A
  1. Siereuze ontsteking
  2. Fibreuse ontsteking
  3. Granulomateuze onsteking
  4. Abces
    5.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een sereuze ontsteking?

A

Sereuze ontsteking wordt door de aanwezigheid van cel-arme vloeistof gekenmerkt. De ophoping van vloeistof in lichaamsholtes wordt EFFUSIE genoemd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een fibreuse onsteking?

A

Fibreuse ontstekingen zijn gekenmerkt door de aanwezigheid van eiwit-rijk vloeistof. De fibrine kan o.a. door macrofagen worden verwijdert of, als het voor langere tijd persisteert, kan het de groei van fibroblasten en de vorming van bindweefsel bevorderen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een purulente onsteking?

A

Een purulente ontsteking is een onsteking waarin purulent materiaal optreed. Pus bestaay uit dode bacteriën en leukocyten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat zijn de systemische effecten van ontsteking?

A
  1. Koorts
  2. Acute fase eiwitten
  3. Leukocytose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is koorts en hoe wordt het veroorzaakt?

A

Koorts is de verhoging van de lichaamstemperatuur tussen 1-4 graden. Het wordt veroorzaakt door pyrogens (endogeen=cytokines en exogeen=bacteriële producten, LPS) die op de hypothalamus en het lichaamsthermostaat verhogen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat zijn de acute fase eiwitten?

A

De eiwitten die tijdens de acute fase van een ontsteking worden geproduceerd zijn CRP, fibrinogeen en SSA. Ze hebben een fysiologische rol, maar als ze in overmate geproduceerd worden, kunnen ze negatieve effecten hebben (vooral SSA).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is leukocytose?

A

Leukocytose is een verhoging van de leukocyten in de systemische circulatie. Leukocytose wordt door de verhoogde productie en vrijzetting van leukocyten uit het beenmerg veroorzaakt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat gebeurt er na een ontsteking?

A
  1. Herstel

2. Bindweefsel of litteken vorming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

How werkt weefsel herstel?

A

Verschillende factoren spelen een rol in weefsel herstel, namelijk de cellen van het beschadigde weefsel zelf, endotheelcellen voor angiogenese en fibroblasten voor de vorming van bindweefsel/littekens.
1. Labiel weefsel hersteld helemaal omdat het ook fysiologisch continu verandert
2. Stabiel weefsel hersteld ook helemaal, hoewel het onder normale omstandigheden niet deelt
3. Permanent weefsel hersteld niet
Het weefsel herstel wordt door cytokines die door endotheel cellen en stroma cellen, maar vooral alternatief geactiveerde macrofagen geproduceerd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe herstellen huid wonden?

A
  1. First intention

2. Second intention

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat zijn neutrophil extracellular traps?

A

Neutrofile granulocyten “spuchen” DNA en eiwitten uit en gebruiken deze om schadelijke micro-orgnismen te “vangen”. De nuclei van de cel gaan verloren en het proces resulteert in cel dood.

17
Q

Hoe werkt fagocytose?

A

Macrofaag-receptoren (zoals MAC-1) binden aan hun targets en veroorzaken de vorming van pseudopods, die de micro-organismen omsingelen en ten slotte in een fagomsoom insluiten.

18
Q

Hoe doden macrofagen schadelijke micro-organismen?

A

hjkgk

19
Q

Wat is een abces?

A

Een abces is een met pus gevulde holte in het lichaam.

20
Q

Wat is een ulcer?

A

Een ulcer is een excavatie van een weefsel dat door necrose ontstaat.