academische taalvaardigheden Flashcards

1
Q

subalternatie

A

onderbeurtigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

copromotor

A

tweede begeleider (wetenschap)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

hypercultuur

A

overbeschaving

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

subaltern

A

van langere rang, ondergeschikt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

predestinatie

A

voorbeschikking, voorbestemming

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

prepositie

A

voorzetsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

vice-kampioen

A

diegene die de tweede plaats heeft behaald

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

automaat

A

machine die zelf handeling verricht

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

micro-economie

A

leer van het economisch gedrag van afzonderlijke subjecten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

autarchie

A

onafhankelijk zelfbestuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

intermediair

A

tussenliggend of plaatselijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

micro-analyse

A

chemische analyse van kleine hoeveelheid stof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

non-activiteit

A

ontheven van dienst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

excentrisch

A

buiten het middelpunt liggend

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

excentriek

A

vreemd, buitenissig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

anti-autoritair

A

gekant tegen elke vorm van gezag

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
17
Q

ecoplanologie

A

milieuplanning

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
18
Q

antithese

A

tegenstelling, tegengestelde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
19
Q

ex-cathedra

A

massaal hoorcollege

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
20
Q

hydrodynamica

A

leer van de beweging van vloeistoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
21
Q

hydrobiologie

A

leer van het leven in het water

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
22
Q

multipathologie

A

het lijden aan verschillende ziekten tegelijkertijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
23
Q

isobaar

A

lijn die plaatsen met gelijke luchtdruk verbindt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
24
Q

isogamie

A

gelijkheid van voorplantingscellen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
25
Q

isofoon

A

lijn van constante luidheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
26
Q

hypnose

A

kunstmatige slaap door psychische middelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
27
Q

hypnologie

A

leer van de slaap en het slapen

28
Q

a- of ab-

A

niet, weg van

29
Q

hypno-

A

slaap

30
Q

iso-

A

gelijk

31
Q

antinomie

A

tegenspraak van de wet met zichzelf of van wetten onderling

32
Q

theonomie

A

moraal of recht berustend op Gods geopenbaarde wil.

33
Q

heteronomie

A

het volgen van wetten en regels van anderen

34
Q

pedagogie

A

leer van de kinderen

35
Q

demagogie

A

gedrag waarbij je iemand of een menigte mensen ophitst met mooie praatjes en overtuigt van een onwaarheid

36
Q

goniometrie

A

hoekmeetkunde

37
Q

geometrie

A

meetkunde

38
Q

balie

A

verzamelnaam van advocaten die tot een bepaald arrondissement behoren.

39
Q

hypomanie

A

Lichte vorm van manische opgewektheid

40
Q

polyfoon

A

meerstemming

40
Q

apathie

A

gevoel dat je lusteloos en onverschillig bent

41
Q

meritocratie

A

samenleving waarin de sociale status bepaald word door prestaties en capaciteiten.

42
Q

antropologie

A

leer van de mens als natuurhistorisch wezen.

43
Q

orthodox

A

strikt vasthoudend aan de overgeleverde kerkleer

44
Q

oncologie

A

leer, wetenschap van de (kwaadaardige) gezwellen

45
Q

biologie

A

leer van de levende wezens.

46
Q

orthopedie

A

behandeling van misvormingen en verminkingen van beenderen, spieren en gewrichten

47
Q

filosofie

A

wijsbegeerte

48
Q

artritis

A

ontsteking van de synoviale bekleding van een gewrichtskapel, synoniem: artrose

49
Q

meningitis

A

ontsteking van hersenen- en ruggenmergsvliezen

50
Q

deontologie

A

plichtenleer

51
Q

ornitholoog

A

vogelkenner

52
Q

polyfoon

A

meerstemmig

53
Q

-itis

A

ontsteking

54
Q

-pedie (paideia)

A

opvoeding, opleiding, kind

55
Q

-pathie, -paat (pathos)

A

gevoel, emotie, pijn, leed

56
Q

-sofie, -soof (sophos)

A

wijsheid

57
Q

-foon, -fonie

A

geluid, klank

58
Q

-cratie, -craat (cratè)

A

heerser, heerschappij

59
Q

-gonie (gonos)

A

afstamming, ontstaan, verwekking

60
Q

-maan, -manie

A

drang, dwang

61
Q

-metrie

A

maat, regelmaat

62
Q

-nomie, -noom (nomos)

A

wet, wetmatigheid

63
Q

-fiel, -filie (philès)

A

liefhebber van, een voorkeur hebbend voor

64
Q

-logie, -loog (logos)

A

Leer, -kundige, spreken, verzamelen

65
Q

-doc, -doxaal (doxa)

A

mening, opvatting