aardrijkskunde hoofdstuk 3 Flashcards

1
Q

Wat betekent “aardrevolutie”?

A

aarde rond zon (365,4 jaar)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe noem je het wanneer de aarde rond zon draait? (365,4 jaar)

A

aardrevolutie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat betekent “aardrotatie”?

A

aarde rond eigen as (~24h)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe noem je het wanneer de aarde rond eigen as draait? (~24h)

A

aardrotatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Waarom zijn er seizoenen?

A

omdat de aarde (23°27’) gekanteld is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat ontstaat er doordat de aarde gekanteld is? (23°27’)

A

de seizoenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is het zenit?

A

loodrechte lijn op aarde van bepaalde plaats (kan alleen tussen keerkringen)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Hoe noem je loodrechte lijn dat alleen tussen keerkringen kan voorkomen?

A

het zenit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

De zon ligt in het zuiden, waar sta je?

A

op het noorderlijk halfrond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

De zon ligt in het noorden, waar sta je?

A

op het zuiderlijk halfrond

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Je staat op het zuiderlijk halfrond, waar staat de zon?

A

in het noorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Je staat op het noorderlijk halfrond, waar staat de zon?

A

in het zuiden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Perihelium

A

moment aarde dichtst bij zon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Hoe noemt het moment waar aarde dichtst bij zon staat?

A

het Perihelium

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Aphelium

A

moment aarde verst van zon

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

hoe noemt het moment waar aarde verst van zon staat?

A

het Aphelium

17
Q

ecliptica

A

aarde in 2 door loodrechte lijn op zon

18
Q

Hoe noem je de lijn dat de aarde in 2 snijd volgens de zon?

A

het ecliptica

19
Q

Wie is Foucault?

A

bewees dat aarde rond zon draait (met pendulum)

20
Q

Wie bewees dat aarde rond zon draait met mechanisme?

A

Foucault

21
Q

zonnetijd

A

zelfde tijd op zelfde lengtegraad

22
Q

Hoe noem je de tijd dat hetzelfde is over heel de lengtegraad?

A

de zonnetijd

23
Q

zonetijd

A

per 14°60’ een uur bij/af

24
Q

Hoe noem je de tijd dat per 14°60’ een uur optelt/aftrekt?

A

de zonetijd

25
Q

conventionele tijd

A

zonetijd maar houd rekening met grenzen

26
Q

Hoe noem je de tijd dat rekening houd met grenzen van landen?

A

de conventionele tijd

27
Q

een kogel vliegt naar het noorden

A

de kogel “curved” naar rechts

28
Q

Wanneer “curved” een kogel naar rechts?

A

als de kogel naar het noorden vliegt

29
Q

een kogel vliegt naar het zuiden

A

de kogel “curved” naar links

30
Q

Wanneer “curved” een kogel naar links?

A

als de kogel naar het zuiden vliegt