Aardrijkskunde H3 Flashcards

3.1

1
Q

Gematigd zeeklimaat

A

Klimaat waarin het verschil tussen de zomer- en winter niet zo groot is en er het hele jaar door neerslag kan vallen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoge breedte

A

De afstand ten opzichte van de evenaar uitgedrukt in graden, waarbij de afstand boven de 60e graden ligt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Hooggebergteklimaat

A

Temperatuur komt nooit boven de nul graden; dit klimaat ligt hoog in de bergen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Klimaat

A

Het gemiddelde weer, gemeten over een periode van dertig jaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Lage breedte

A

De afstand ten opzichte van de evenaar uitgedrukt in graden, waarbij de afstand onder de 30e graden ligt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Landklimaat

A

Klimaat met een groot verschil tussen de zomer- en winter temperatuur

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Weer

A

Toestand van de atmosfeer op een bepaald moment en een bepaalde plaats

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Poolklimaat

A

Temperatuur komt nooit boven de nul graden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly