Aard begrippen Flashcards
bloem tot schoen
de korte keten
je voedsel
passeert weinig of geen tussenschakels en
komt dus via de kortste weg van bij de boer
op je bord terecht.
de stadslandbouw
het telen, oogsten en afzetten van voedsel
in of in de nabijheid van een stad.
de verticale landbouw
een vorm van landbouw waarbij gebruik
wordt gemaakt van gestapelde kweeklagen
de voedselkilometer
de afstand die voedsel aflegt tussen de
productieplaats en de consument
arbeidsintensief
wat veel (handen)arbeid vraagt
de biodiversiteit
de rijkdom aan verschillende planten- en
diersoorten in een bepaald gebied
het biolabel
een label dat aangeeft dat een product op
biologische wijze gekweekt en verwerkt is
de biologische landbouw
een landbouwvorm die rekening houdt met milieueffecten en dierenwelzijn. De biologische landbouw gebruikt geen chemische bestrijdingsmiddelen of kunstmest. Dieren krijgen meer ruimte en kunnen in een natuurlijke omgeving worden
gehouden.
het bioproduct
een product dat op biologische wijze gekweekt en verwerkt is. Voor een voedingsproduct ‘biologisch’ mag genoemd worden, moet het voldoen aan de normen van de Europese biowetgeving.
de afzettingsbodem
een bodem die gevormd is door losse gesteenten die daar door wind of water zijn afgezet
de arme bodem
een bodem die niet veel voedingsstoffen
bevat om gewassen te kunnen laten
groeien
de bodem
het bovenste gedeelte van de aardkorst,
waarin planten kunnen groeien
de bodemsoort
De bodemsoort wordt bepaald door de
gesteenten die in de bodem zitten.
de doorlaatbaarheid
de snelheid waarmee het water door een
gesteente of bodemsoort kan sijpelen
het gesteente
het materiaal waaruit de aardkorst is
opgebouwd
de humus
verteerde resten van planten en dieren die
de bodem donker kleuren
de korrelgrootte
de grootte van de korrels bij losse
gesteenten