Aandoeningen Flashcards

1
Q

Sportershart

A

Hypertrofische cardiomyopathie

De abnormale verdikking van het LV yoycardium door een continue hoge CO.
- Asymptomatisch tijdens topsport
- Problematisch bij stoppen sport: LV is extra gespierd > in rust hogere CO > ter compensatie HR lager > kan gevaarlijk zijn
- Kan erfelijk zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Reumatoïde artritis

A

Chronische systemische inflammatie van het synoviale membraan, zorgt voor afbraak van het kraakbeen en bot.

Stadia:
- Synovitis > dik en ontstoken SM
- Pannus > kraakbeen verlies, bot ligt vrij
- Fibroom ankylose > gewricht invasie door bindweefsel
- Bot ankylose > botten fuseren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Cystische fibrose

A

Taaislijmziekte

Missen CFTR kanaal > chloride kan de cel niet uit naar pancreaslumen > minder Na+ en H2O > dik taai slijm door vocht te kort

Zorgt voor:
- Ademhalingsproblemen > slijm wordt niet meegenomen en luchtwegen minder ruim
- Vertering/opname problemen > enzymen bereiken de brij niet

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Pneumothorax

A

Klaplong

Invasie vanaf buiten in plurale ruimte > lucht naar binnen > ribben en spieren blijven wel op hun plek > inwaartse kracht trekt long naar binnen > druk weg dus uitrekken kan niet meer > inademen niet mogelijkl

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Long emfyseem

A

Verdwijnen van de elastieke vezels in longweefsel door ontstekingen > Alveoli worden een soort holle zak > lucht blijft hangen in de long > blokkeert diffusie en gasuitwisseling > benauwdheid

Lage elasticiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Long fibrose

A

Longweefsel verandert in litteken/bindweefsel waardoor het stug wordt > minder meebeweging > kleiner drukverschil > minder lucht naar binnen > minder gasuitwisseling > benauwd

Lage compliantie

Idiomatisch maar verdacht op infecties en auto immuunziektes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

NRDS

A

Newborn respiratory distress syndrome

Premature babies met te weinig surfactant om oppervlaktespanning te verbreken > geen compliantie = stiff, low compliance lungs > longen klappen in bij uitademen

  • Surfactant secretie pas vanaf ~25e week foetaal
  • Onbehandeld 50%, behandeling is artificial surfactant

Lage compliantie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

COPD

A

Chronic obstructors pulmonary disease
Rokersziekte

Sigaretten bevatten vrije radicalen = instabiele moleculen die schade geven > inactievatie van antiproteusen > schade aan alveolaire structuur > long emfyseem

Lage elasticiteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Astma

A

Chronische ontsteking van BLW > spieren om de luchtweg knijpen samen, zwelling en overmatig mucusproductie > radius kleiner > weerstand hoger > minder lucht de longen in

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Longembolie

A

Bloedprop (meestal) in het been schiet los > migreert en blijft hangen in eerst volgende capillaire bed, in dit geval de longen > slechte doorbloeding > stuk sterft af

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Longoedeem

A

Vocht achter de longen

Voornamelijk door hartfalen van het linkerhart naar aorta > bloed niet goed door het lichaam > bloed blijft in hart hangen > druk hoger > vocht uit hart blijft in longen hangen > afstand groter > langere diffusieafstand > ademen moeilijker

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

RLD

A

Restrictive lung diseases

Umbrella term voor structurele long beschadiging > volumes kunnen minder goed bereikt worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Chronische bronchitis

A

Lijkt op astma, maar dan in de bronchiën.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Pleuritis

A

Ontsteking van de vliesjes rondom de longen > wrijving > schade en weerstand aan de structuur > vochtverlies

Pneumothorax als gevolg is mogelijk

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Myastenia gravis

A

Auto-immuunziekte

Maakt antilichamen die binden op nicotinearme receptoren > Ach kan niet meer binden > geen signaal naar ademhalingsspieren > borstkas zet niet goed uit > hyperventilatie > hypoxia > lagere BP > snelle korte ademhalingen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Polio

A

Pathogeen komt binnen > toxine maakt zenuwstelsel kapot > problemen met ademen

17
Q

RSD

A

Respiratory distress syndrome

Weinig surgactant > alveoli klappen dicht

18
Q

CHD

A

Congestive heart failure

Filtratie > afvoer
Oedeem in interstitiele ruimte

19
Q

Tachycardia/Bradycardia/Arrythmia

A

Tachy = hogere hartslag
Brady = lagere hartslag
Arrythmia = onregelmatige hartslag

20
Q

Hartblok

A

Geleiding SA > AV kapot in een bepaalde gradatie
- 1e: PQ tijd vertraagd; langzamere hartslag
- 2e: QRS complex afwezig; onregelmatige, langzamere hartslag
- 3e: Totaalblok = geen AV geleiding; ventrikels slaan met een ander ritme dan atria

21
Q

Ectopic focus

A

Groep cellen produceert vroegtijdige hartslag = PVC = premature ventrikel contractie
Zorgt voor arrythmia’s

22
Q

Long QT syndrome

A

Tijd tussen Q en T langer

Arrythmia’s

23
Q

Hartinfarct

A

Ventrikel knijpt niet juist samen > QRS wijkt af

Door:
O2 te kort door bijvoorbeeld aderplaque > spierweefsel raakt beschadigd en wordt vervangen door bindweefsel > (LV) kan niet goed contraheren

Contractiekracht lager > SV lager

24
Q

P-Top extra/afwezig

A

Extra: atria knijpen 2x samen omdat bloed blijft hangen of er teveel wordt doorgepompt
Afwezig: SA knoop kapot

25
Q

Oedeem

A

Vocht blijft in lymfe achter door falen van skeletal muscle pump door bijvoorbeeld lange immobilisatie of vliegen

26
Q

Cardiovasculair lijden

A

Alle pathologiën aan hart of vasculair systeem door atherosclerose (= chronische systemisch ontsteking van de vaten) of hartfalen

Risicofactoren:
- Roken
- Overgewicht
- Zittende lifestyle

Oorzaak is hypertensie
- primair (90%) is erfelijk
- Secundair (10%) is door een bepaalde pathologie

Behandeling:
- Ca kanaal blokkers
- Diuretica
- beta blokkers
- ACE remmers
- Angiotensine receptor blokkers