9. Adolescentie

Question 1

deel van de hersenen dat de emoties regelt

Answer 1

Amygdala:

Question 2

aanpassing van het gedrag aan dat van anderen

Answer 2

Conformisme

Question 3

eigenschap waarbij je jezelf centraal stelt in het denken en alles vanuit je eigen standpunt bekijkt

Answer 3

Egocentrisme

Question 4

stof die door klieren in het lichaam wordt aangemaakt en via de bloedbaan een verandering teweegbrengt in het lichaam, ‘chemische boodschapper’

Answer 4

Hormoon

Question 5

klein onderdeeltje van de hersenen dat de aanwezigheid van hormonen in het bloed
regel

Answer 5

Hypothalamus

Question 6

persoon die je denkt te zijn, hoe je jezelf ziet

Answer 6

identiteit

Question 7

subcultuur van jongeren met eigen muzikale voorkeuren, kleding en vrijetijdsbestedingen, die afwijken van de voorkeuren van volwassenen

Answer 7

Jongerencultuur

Question 8

afkorting van lesbian (lesbisch), gay (homoseksueel), bisexual (biseksueel), transgender,
queer of questioning (zoekend) en andere (+); verzamelnaam voor seksuele en genderidentiteiten,
die buiten de hetero- en cisgendernormen vallen (cisgender = iemand van wie de genderidentiteit
overeenkomt met het geslacht). In het Nederlands spreekt men ook van LHBT+ (H staat dan voor
homoseksueel)

Answer 8

LGBTQ+

Question 9

zelfobsessie, gevoel beter te zijn dan anderen

Answer 9

Narcisme

Question 10

vrouwelijk geslachtshormoon

Answer 10

Oestrogeen

Question 11

rationeel deel van de hersenen dat verschillende cognitieve functies stuurt

Answer 11

Prefrontale cortex

Question 12

beloningsgebied in de hersenen dat betrokken is bij motivatie en emoties

Answer 12

Striatum

Question 13

mannelijk geslachtshormoon

Answer 13

Testosteron