8.2 motorische ontwikkeling Flashcards

1
Q
  • Wat is het grote verschil tussen 5 jarige ten opzichte van 4 jarige?
A

Die hebben een betere coördinatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q
  • Hoe ontwikkeld de grove motoriek zich bij 3-jarigen?
A

Kunnen plots draaien of stoppen, springen met beide voeten, trap lopen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q
  • Hoe ontwikkeld de grove motoriek bij een 4-jarige zich?
A

Meer controle over draaien, 70cm ver springen, hinkelen op een been

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q
  • Hoe ontwikkeld de grove motoriek van een 5-jarige zich?
A

Goed draaien, 90cm springen, zelfstandig traplopen, 5 meter hinkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q
  • Wat is een reden dat peuters en kleuters zich snel ontwikkelen?
A

Doordat ze heel actief zijn en veel oefenen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q
  • Wanneer is het activiteiten niveau het hoogst van een peuter/kleuter?
A

Op 3 jarige leeftijd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q
  • Wat is een belangrijke factor voor het activiteiten niveau voor peuters en kleuters?
A

Het temparament, rustige kinderen zijn veel minder actief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q
  • Waaruit blijkt dat genen een rol spelen in de activiteit van een kind?
A

Eeneiige zijn meer gelijk in activiteit niveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q
  • Wat valt over het algemeen te zeggen over het activiteitenniveau tijdens de peuter en kleuter tijd?
A

Dat het hier het actiefste is tijdens het leven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q
  • Welke sekse verschillen zijn er in de grove motoriek?
A

Jongens zijn sterker en actiever
Meiden zijn beter in coördinatie van armen en benen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
  • Hoe speelt de omgeving mee in het ontwikkelen van de motoriek?
A

De spelletjes waar jongens voor gestimuleerd worden vragen om een andere motoriek dan bij meisjes

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q
  • Hoe ontwikkeld de fijne motoriek voor 3-jarige?
A

Knipt papier, plakt met vingers, tekend rondjes en poppetjes, eenvoudige puzzels

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
  • Hoe ontwikkeld de fijne motoriek voor een 4-jarige?
A

Vouwt driehoeken, schrijft naam, rijgt kralen, opent knijpers

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q
  • Hoe ontwikkeld de fijne motoriek van een 5-jarige?
A

Vouwt papier in helften, tekend driehoek en rechthoek, houd pen goed vast, korte woorden schrijven

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q
  • Welke discussie is er over zindelijkheid?
A

Of het vroeg en snel moet gebeuren, of dat er gewacht moet worden tot het kind het aangeeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q
  • Wat blijkt uit het zindelijkheidspercentage van kinderen van 30 maanden?
A

Dan is 75% zindelijk

17
Q
  • Wat blijkt uit het sekse verschil in zindelijkheid?
A

Meisjes zijn eerder zindelijk dan jongens

18
Q
  • Wat helpt stimuleren voor de zindelijkheid?
A

Complimenten geven en makkelijke kleding geven

19
Q
  • Welke rijpheidssignalen zijn er voor zindelijkheid?
A

Duidelijk maken te moeten, langere droge luier