4.1 Flashcards

1
Q

Ambachtsman

A

vakman die met zijn handen producten maakt, zoals een timmerman of een ijzersmid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bank

A

bedrijf dat geld bewaart, wisselt en uitleent

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Drieslagstelsel

A

landbouwsysteem waarbij een stuk grond in drie velden wordt verdeeld, waarvan er twee bebouwd worden en één braak ligt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Geldwisselaar

A

Iemand die verschillende soorten munten weegt en wisselt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gezel

A

Leerling van een gildemeester

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Gilde

A

vereniging van mensen met hetzelfde beroep.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Gildehuis

A

groot huis waar de gilden hun vergaderingen en feesten hielden (verenigingshuis).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Gildemeester

A

Vakman die lid is van een gilde

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Hanze

A

bondgenootschap van steden in Noord-Europa die handel met elkaar dreven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Jaarmarkt

A

grote markt in belangrijke middeleeuwse handelssteden, die wel een paar weken kon duren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Meesterproef

A

werkstuk waarmee een gezel laat zien dat hij een vak goed beheerst, met het doel gildemeester te worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Papiergeld

A

bewijspapieren waarop iemands naam niet (meer) stond. Papiergeld kon bij de bank ingeleverd worden voor muntgeld of goud

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Pest

A

meestal dodelijke ziekte waarbij men bulten kreeg en onderhuidse zwarte vlekken. Binnen vijf dagen overleden de meeste pestlijders

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Ploeg

A

landbouwwerktuig dat de grond met scherpe messen omkeert, zodat er daarna zaden in de grond gestopt of gestrooid kunnen worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Waterbeheer

A

omgaan met water door bijvoorbeeld moerassen droog te leggen of dijken te bouwen. In de tijd van steden en staten leverde waterbeheer extra landbouwgrond op.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Zwarte dood

A

naam voor de pestepidemie van 1347-1351 die aan 23 miljoen Europeanen het leven kostte