4.1 Flashcards
Wat is een verbrandingsreactie?
Een chemische reactie waarbij een stof reageert met zuurstof, waardoor warmte en licht vrijkomen.
Noem de drie voorwaarden voor verbranding.
- Brandstof
- Zuurstof
- Ontbrandingstemperatuur
Wat gebeurt er als een van de voorwaarden voor verbranding ontbreekt?
De verbranding stopt.
Wat is volledige verbranding?
Verbranding met voldoende zuurstof, resulterend in koolstofdioxide (CO₂) en water (H₂O).
Wat is onvolledige verbranding?
Verbranding met onvoldoende zuurstof, waarbij roet (C) en koolstofmonoxide (CO) kunnen ontstaan.
Hoe kan een brand worden gestopt?
- Zuurstof wegnemen
- Brandstof wegnemen
- Temperatuur verlagen
Waarom mag een oliebrand niet met water worden geblust?
Dit veroorzaakt een gevaarlijke steekvlam.
Wat is een reagens?
Een stof die wordt gebruikt om de aanwezigheid van een andere stof aan te tonen.
Wat gebeurt er met helder kalkwater bij de aanwezigheid van koolstofdioxide (CO₂)?
Het wordt troebel.
Wat gebeurt er met wit kopersulfaat bij contact met water (H₂O)?
Het kleurt blauw.
Wat zijn reactieproducten?
Stoffen die ontstaan bij een chemische reactie.
Wat is de reactievergelijking voor de volledige verbranding van methaan (CH₄)?
CH₄ + 2O₂ → CO₂ + 2H₂O
Wat zijn de kenmerken van een volledige verbranding?
Voldoende zuurstof aanwezig, blauwe of kleurloze vlam.
Wat zijn de kenmerken van een onvolledige verbranding?
Onvoldoende zuurstof, gele vlam, zwarte roetafzetting.
Wat zijn de gevaren van koolstofmonoxide (CO)?
Het is geurloos en kleurloos, kan leiden tot bewusteloosheid en vergiftiging.
Waarom is het gebruik van CO-melders aanbevolen?
Om te waarschuwen bij gevaarlijke concentraties van koolstofmonoxide.
Wat zijn coëfficiënten in een reactievergelijking?
Getallen die aangeven hoeveel moleculen van een stof deelnemen aan een chemische reactie.
Wat is de formule voor de verbranding van waterstofgas (H₂)?
H₂ + ½O₂ → H₂O
Wat ontstaan er bij de verbranding van koolstof (C) in zuurstof (O₂)?
Koolstofdioxide (CO₂).
Vul in: Bij volledige verbranding ontstaat _______ en _______.
koolstofdioxide (CO₂) en water (H₂O).
Vul in: Bij onvolledige verbranding ontstaan _______ en _______.
roet (C) en koolstofmonoxide (CO).
Wat is een belangrijk kenmerk van een gele vlam?
Het duidt op onvolledige verbranding.
Welke stof verandert van kleur in aanwezigheid van water?
Wit kopersulfaat.