§4 Mutaties Flashcards

1
Q

Wat is een mutant?

A

Een organisme waarbij een mutatie zichtbaar is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is mutageen?

A

Dit zijn invloeden waardoor mutaties bevorderd worden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wanneer is iets een gezwel of een tumor?

A

Als cellen ongeremd gaan delen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wanneer is een gezwel goedaardig?

A

Als het de bouw van weefsel niet verstoord

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is een gezel kwaadaardig?

A

Als het in de weg komt van ander weefsel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is kanker?

A

Een kwaadaardig gezwel ergens in het lichaam.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is metastase?

A

Uitzaaiing. Dit betekend dat kankercellen zich overal in het lichaam bevinden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is een mutatie?

A

Een verandering in de erfelijke eigenschappen door de beschadiging van een of meerdere chromosomen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly