3.2 Wie Is De Baas? Flashcards
1
Q
Werknemer
A
Iemand die in dienst van een baas betaalt werk doet.
2
Q
Werkgever
A
Iemand die één of meer mensen in loondienst heeft.
3
Q
Arbeidsovereenkomst
A
Een afspraak dan een werknemer in loondienst komt werken bij een werkgever.
4
Q
Proeftijd
A
Een periode waarin de werknemer en de werkgever kunnen opzeggen als het niet bevalt.
5
Q
Vaste baan
A
Een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
6
Q
Tijdelijke baan
A
Werk voor een bepaalde tijd,tot een afgesproken einddatum.