§3 Water als oplosmiddel Flashcards

1
Q

Wat is een oplossing?

A

Een stof in een vloeistof

Altijd helder, kan gekleurd zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is een suspensie?

A

Vaste stof in vloeistof

Troebel, altijd gekleurd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een emulsie?

A

Twee vloeistoffen

Troebel, gekleurd

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat is schuim?

A

Kleine gasbelletjes in een vloeistof

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is een nevel?

A

Vloeistof in een gas

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de vijf soorten mengsels?

A
Oplossing
Suspensie
Emulsie
Schuim
Nevel
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat mengt goed?

A

Hydrofobe stoffen onder elkaar

Hydrofiele stoffen onder elkaar

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke stoffen mengen niet goed?

A

Hydrofiele en hydrofobe stoffen samen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de oplosbaarheid van een stof?

A

De maximale hoeveelheid je in een stof kan oplossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke twee factoren kunnen de oplosbaarheid van eens stof beïnvloeden?

A

Temperatuur

Oplosmiddel

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Welke effect heeft warmte op de oplosbaarheid van gas?

A

Het word minder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is onverzadigd?

A

Als je nog meer in een stof kan oplossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is verzadigd?

A

Aks je Niks minder in de stof kan oplossen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is hard water?

A

Water dat veel kalk en/of magnesium bevat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe ontstaat hard water

A

Licht zuur Water loopt langs kalksteen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is de reactie voor het ontstaan van hard water?

A

CaCO3 + H2O + CO2 —> Ca2+ + 2BCO3-

17
Q

Wat is de Duitse hardheid graden? D°

A

De hoeveelheid kalk die je in een liter van de stof kan oplossen. 1 D° = 7,1 mg per liter

18
Q

Wat bepaald de hardheid van water?

A

De hoeveelheid kalk per liter die je er in kwijt kan

19
Q

Wat zuivert water?

A

Een waterzuiveringsinstallatie