3 dichtheid en fasen Flashcards
1
Q
Dichtheid
A
Een grootheid die uitdrukt hoeveel massa van een bepaalde stof aanwezig is in een bepaalde vorm.
2
Q
Molecuul
A
Kleinste deeltje van een stof die nog alle eigenschappen van die stof bevat.
3
Q
Vanderwaalsverbinding
A
In de vaste fase zitten de moleculen dicht op elkaar en kunnen ze zich niet verplaatsen.
4
Q
Molecuulrooster
A
Het rooster waar de moleculen in vast zitten.
5
Q
Intermoleculaire ruimte
A
De ruimte tussen de moleculen.
6
Q
Faseovergang
A
Overgang van de ene fase van een stof naar de andere fase.
7
Q
Deeltjemodel van Dalton
A
- Moleculen zijn heel klein
- Moleculen kunnen zich vanzelf verplaatsen in de vloeistof- en gasfase
- Verschillende molecuulsoorten verplaatsen zich meestal niet even snel door verschillen in vorm, massa en groote.
- Bij een hogere temperatuur gaan moleculen sneller bewegen.