2.2,2.3 And 2.5

Question 1

collectivisatie

Answer 1

samenvoeging van privéboerderijen in gemeenschappelijke landbouwbedrijven

Question 2

fascisme

Answer 2

antidemocratische, gewelddadige, extreem nationalistische en totalitaire politieke beweging

Question 3

indoctrineren

Answer 3

systematisch opdringen van ideeën

Question 4

kolchoz

Answer 4

groot landbouwbedrijf waarop boeren samenwerken

Question 5

persoonsverheerlijking

Answer 5

uitbundig prijzen van een persoon

Question 6

planeconomie

Answer 6

economie waarbij de overheid voorschrijft wat moet worden geproduceerd

Question 7

stalinisme

Answer 7

variant van het communisme met extreme onderdrukking en extreme verering van een politiek leider

Question 8

totalitair

Answer 8

als de overheid volledig heerst over de samenleving

Question 9

veteraan

Answer 9

oud-soldaat

Question 10

welzijn

Answer 10

als het goed gaat met iemand

Question 11

absolute meerderheid

Answer 11

meerderheid van meer dan de helft

Question 12

inflatie

Answer 12

waardevermindering van geld

Question 13

intimideren

Answer 13

bang maken

Question 14

links(in de politiek)

Answer 14

vooruitstrevend

Question 15

nationaalsocialisme

Answer 15

antidemocratische, totalitaire, gewelddadige, extreem nationalistische en racistische politieke beweging

Question 16

nazi

Answer 16

afkortingen van nationaalsocialist

Question 17

oorlogsindustrie

Answer 17

industrie die wapens en andere militaire producten maakt

Question 18

rassenleer

Answer 18

onjuiste theorie over verschillen tussen ‘mensenrassen’

Question 19

rechts(in de politiek)

Answer 19

conservatief, voor sterke leiders

Question 20

regime

Answer 20

ondemocratische regering

Question 21

Afrikaner

Answer 21

witte persoon in Zuid-Afrika die Afrikaans(een soort Nederlands) spreekt

Question 22

dominion

Answer 22

zelfstandig deel van het Britse rijk

Question 23

Hadith

Answer 23

overgeleverde uitspraken en handelwijzen van Mohammed

Question 24

Midden-Oosten

Answer 24

gebied tussen de Middellandse en de Arabische Zee inclusief Turkije, Egypte en Iran

Question 25

Non-coöperatie

Answer 25

niet samenwerken

Question 26

orthodoxe moslim:

Answer 26

moslim die zich strikt houdt aan de voorschriften van de islam

Question 27

seculier

Answer 27

niet-godsdienstig

Question 28

sharia

Answer 28

islamitische wetgeving, gebaseerd op de Koran en de Hadith

Question 29

sjah

Answer 29

koning van Iran (Perzië)