2.1 Flashcards
1
Q
Uit wat bestaat een zuivere stof?
A
Een Element en een verbinding
2
Q
Mengsel
A
Homogeen en hetrogeen
3
Q
Homogeen
A
Oplossing en gasmengsel
4
Q
Hetrogeen
A
Nevel of mist, rook, emulsie, suspensie en schuim
5
Q
Emulsie
A
Vloeistof gemengd met een andere slecht oplosbare vloeistof
6
Q
Suspensie
A
Vloeistof gemengd met een slecht oplosbare vaste stof
7
Q
Suspensie
A
Vloeistof gemengd met een slecht oplosbare vaste stof