2 de middeleeuwen deel 4 Flashcards
def. sacraal koningschap
Is een vorm van heerschappij waarbij de koning zowel een politieke als religieuze leider is.
def. huwelijkspolitiek
Is het gebruik van huwelijken om politieke allianties, machtsverhoudingen of dynastieke belangen te versterken.
Wat is de Magna Carta?
De Magna Carta (1215) beperkte de macht van de Engelse koning en gaf rechten aan edelen.
parlement
In de middeleeuwen was het parlement een raad van edelen, geestelijken en soms vertegenwoordigers van steden die de koning adviseerde en goedkeuring gaf aan belastingheffingen en wetten.
Investituurstrijd
De investituurstrijd (11de eeuw-12de eeuw) was een conflict tussen de paus en de keizer over de benoeming van bisschoppen en andere geestelijken, wat ging over wie de uiteindelijke acht had in kerkelijke zaken.
excommunicatie
Iemand uitsluiten uit de kerkelijke gemeenschap. Hierdoor heeft hij/zij geen recht op verschillende sacramenten en op een plaats in de hemel.
patriciërs
In de tweede middeleeuwen waren patriciërs rijke en invloedrijke stedelijke burgers, vaak kooplieden of bankiers, die politieke macht en economische voordelen binnen hun eigen kring hielden.
ambachten
Gilden die vaklieden vertegenwoordigden en reguleerden.
“Gemeen”
Werd gebruikt voor de gewone mensen of lagere klasse in de middeleeuwen, zoals boeren en ambachtslieden.
Guldensporenslag
De Guldensporenslag vond plaats op 11 juli 1302 in Kortrijk, België. Het was een belangrijke veldslag tussen Vlaamse milities, voornamelijk bestaand uit ambachtslieden en stedelingen, en een Frans leger van koning Filips IV. De Vlamingen wonnen de slag.
Bestruusniveau’s
- Gemeente: lokale zorg, handhaving, openbare werken, sport, bibliotheken.
- Provincie: coördinatie van gemeenten, waterbeheer, fiets- en wandelpaden.
- Vlaanderen: openbaar vervoer, onderwijs, cultuur, ruimtelijke ordening, natuurbehoud.
- België (federaal): stadsfinanciën, landsverdediging, leger, justitie, sociale zekerheid, buitenlandse en binnenlandse zaken.
- Europese Unie: internationale landbouw, vrije handel, sociale bescherming.
- Gemeente: In veel gemeenten worden momenteel extra zomeractiviteiten georganiseerd om de lokale gemeenschap te ondersteunen en te vermaken.
- Provincie: De provincie Limburg lanceert een nieuw plan voor verbeterd waterbeheer om toekomstige overstromingen te voorkomen.
- Vlaanderen: De Vlaamse overheid investeert in extra bussen en trams om het openbaar vervoer te verbeteren na COVID-19.
- België (federaal): Het federale parlement debatteert over hervormingen in de sociale zekerheid om de vergrijzing van de bevolking op te vangen.
- Europese Unie: De EU onderhandelt over een nieuw vrijhandelsakkoord met Australië om de economische banden te versterken.
De evolutie van de macht van de Franse konign kunnen schetsen in de tweede middeleeuwen.
Koninglijke macht
koning (ca.1000)
* zwak
* controle over klein deel van het rijk
* veel macht bij leenmannen
= feodaal koningrijk
Wat leidde tot verandering?
* het prestige van het sacraal koningschap
* geluk in de erfopvolging
* huwelijkspolitiek voor controle over her gebied
* macht als leenheer
* militaire macht
koning (ca.1300)
* sterk
* controle over groot deel van het rijk
* weinig macht bij leenmannen
= territotiaal koningrijk
De vijandige houding tussen en Franse en Engelse koning kunnen verklaren en toelichten.
De vijandige houding tussen de Franse en Engelse koning in de tweede middeleeuwen kwam door:
- Territoriale conflicten: Engelse koningen bezaten Franse gebieden, wat leidde tot spanningen.
- Honderdjarige Oorlog (1337-1453): Oorlogen door de Engelse aanspraak op de Franse troon.
- Dynastieke aanspraken: Engelse koningen hadden familiebanden met Franse adel en claimden de Franse troon.
- Politieke rivaliteit: Beide koninkrijken streefden naar dominantie in Europa.
De technieken die de Franse koning toepasten om de macht naar zich toe te trekken doorheen de tweede middeleeuwen opsommen en verklaren.
- sacraal of heilig koningschap: prestige en aanzien als een heilige, door God gekozen koning
- erfopvolging: steeds een mannelijke erfgenaam=geen opvolgingsstrijd
3.huwelijkspolitiek: uitbreiding van de macht in leengebieden
4.positie van opperste leenheer: beïnvloeding keuze hertogen en graven
5.militaire macht: verovering van gebieden
De positie van de Engelse koning ten opzichte van zijn parlement verklaren.
Hij werd op twee manieren afhankelijk van zijn volk:
* toestemming voor het heffeb van belastingen
* controle op zijn beleid door baronnen