2. Basiselementen Flashcards
Wat is een flowchart?
Een flowchart is een grafische voorstelling van de opeenvolging van operaties die naar een oplossing leiden.
Geef het synoniem van een flowchart.
Stroomschema
Welk doel heeft een flowchart?
De flowchart wordt opgesteld om het verloop van de redenering voor het probleem op te lossen, op een duidelijke en ondubbelzinnige manier weer te geven.
Wat zijn de kenmerken van een goede flowchart?
- klaar
- overzichtelijk
- volledig
- verstaanbaar
- vlot leesbaar
Geef het symbool weer van “processing”.
Gegevensverwerking:
Dit kan zowel een transport van gegevens in het geheugen zijn, als een wiskundige berekening. (activiteit)
Geef het symbool weer van “input-output”.
In- en uitvoeractiviteit
Geef het symbool weer van een “subroutine”.
Dit symbool sluit een module in, waarvoor een afzonderlijk stroomschema werd uitgewerkt.
Geef het symbool weer van een “decision”.
De keuze van een bepaalde uitgang hangt af van het resultaat van de test (waar of niet waar).
Hierbij zal slechts één uitgang worden gekozen.
Geef het symbool weer van de “terminal”.
Geef het symbool weer van een “off-page connector”.
Geef het symbool weer van een “annotation”.
Wat is een variabele?
Een variabele is een gegeven die opgeslagen is in geheugenzones van het interne geheugen.
De inhoud van deze geheugenzones kunnen voortdurend gewijzigd worden, daarom worden deze zones ook wel variabelen genoemd.
(Een variabele is een soort van container.)
Waarvoor worden variabelen gebruikt?
Voor input (inputvariabelen), output (outputvariabelen) en tussentijdse bewerkingen (hulpvariabelen).
Waaruit bestaat een variabele?
- een type
- een naam, ook wel identifier genoemd
- een waarde
Welke vereiste heeft een variabele voor het gebruikt kan worden?
Om variabelen te kunnen gebruiken moet bij de start van een module worden aangegeven (“declare”) wat de naam van de variabele is en welk type data de variabele vertegenwoordigt.