2 Flashcards
leenmannen waren
bisschoppen abten graven en hertogen
karel de grote was een
leenman
koning of keizer was een leenheer …
hoogste gezag, opperrechter en wetgever
zendgraaf
lokale besturen controleren, wetten en bevelen overbrengen
leenmannen
delen van het rijk besturen, soldaten leveren en rechtspreken
wat kregen de leemannen ruil voor hun werk
inkomsten uit tollen en boetes
wrm koos de koning voor bischoppen
geen wettige kinderen
nomaden
geen vaste woonplaats
sedentair
vaste woonplaats
met de veroveringen wilden de arabieren
de islam opleggen, buit en prestige
de arabieren kregen de gebieden op 2 manieren onder controle
militaire verovering en afdwingen van vrijwillige overgave om een oorlog te vermijden
mengcultuur
meerdere geloven
3 functies van de arabische taal
religieuze taal, gemeenschappelijke taal en cultuurtaal
religieuze taal
de koran en de islamitische gelden waren in het Arabisch
gemeenschappelijke taal
de bewoners van de uitgestrekt gebieden die door de arabieren veroverd waren konden in het Arabisch met elkaar praten