1B3 week 11 HC 6 Diversiteit Flashcards

1
Q

Welke verschil categorieën zijn er?

A
  • Cultuur (rassen)
  • Sekse (geslachten)
  • Sociaaleconomische status (klassen)
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Hoe ontstaat het hokjes denken?

A

Door pathologiseren en verabsoluteren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat was er voor 1800, na 1800 en tussen 1870-1910?

A

Voor 1800: één sekse model
Na 1800: twee sekse model
1870-1910: gouden eeuw van hysterie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat betekent cultuur?

A

Verzameling van tradities, gebruiken en gedachtegoed gedeeld door een bepaalde groep

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Hoe heten de verschillende aspecten van identiteit die elkaar kruisen?

A

Intersectionaliteit

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is de sociaaleconomische status?

A

Mate waarin men de mogelijkheid heeft om maatschappelijk gewaardeerde goederen te creëren of consumeren

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly