1 Flashcards

1
Q

Wat is de definitie van montage?

A

Ordening van het opgenomen beeld- en geluidsmateriaal met de bedoeling tot een betekenisvolle vertelling te komen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

“Ordening van het opgenomen beeld- en geluidsmateriaal ‘’ Wat wordt hiermee bedoeld?

A
  1. SELECTIE van het materiaal - 2. aanbrengen van STRUCTUUR (begin, midden eind) - 3. LOGICA (aanbrengen dramatische opbouw) - 4. ESTHETIEK (relatie tussen shots, betekenis) maar ook zorgen dat een regisseur weer objectief naar het materiaal kan kijken, door bepaalde vragen te stellen; Waar gaat het nu eigenlijk over?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Verschil tussen beeld- en geluidsmateriaal ?

A

Beeld: verbonden met INTELLECTUELE WAARNEMING Gehoor: ONDERBEWUSTE WAARNEMING (speelt in op emoties)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

De schaar van Wember, wat wordt hiermee bedoeld?

A

Lopen beeld en geluid ver uiteen, vertellen beeld en geluid niet het zelfde, dan zal de kijker zich richten op één van deze twee sporen en zal de boodschap niet duidelijk overkomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Augenkitzel?

A

Het visueel interessant maken van een film (Dynamishe montage, visuele prikkels, veel beweging). De Duitse vertaling van het begrip Eye Candy.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat zijn de 3 marges vóór het monteren?

A

Scenario, visie van regiseur en decoupage (opdelen van handelingen en gebeurtenissen in verschillende shots)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Noem 4 beeldovergangen op

A

De CUT :harde overgang, ookwel schnitt of Harde las. De FADE: de vloeier naar zwart (of een andere kleur), suggereert een tijdsovergang. De DISSOLVE: korte tijdsovergang (naar subjectieve waarneming als droom of flashback). De WIPE: beeld wordt weggeveegd door ander beeld,

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Crosscutting?

A

benadrukt de gelijktijdigheid van twee gebeurtenissen die zich op verschillende plaatsen afspelen maar in de montage door elkaar heen worden gemonteerd. Denk aan achtervolgscènes.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Het Kuleshov-effect / het betrekkingsaspect?

A

Twee shots die volkomen los van elkaar zijn
opgenomen - op verschillende tijden en verschillende plaatsen, met verschillende beeldinhoud, maar in een montagereeks achter elkaar zijn gezet, onbewust met elkaar verbonden worden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

1 . Hoe kan je de toeschouwer een nerveus, opgejaagd gevoel meegeven? 2. En voor een statige gedragen sfeer ?

A
  1. Snelle opeenvolging van korte shots - 2. Trage opeenvolging van lange shots.
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat verstaan we onder ‘‘Surprise en suspense’’?

A

surprise is een plotselinge manifestatie van iets onverwachts, suspense is het uitstellen van iets waarvan de toeschouwer al weet dat het gaat gebeuren. Verschil: suspense heeft te maken met de voorkennis van de kijker, surprise niet.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Noem 6 monteer-technieken voor tijd manipulatie.

A

Tijdellipsen, Cutaway, Overlappende montage, Freezeframe, Tijd vertragen of versnellen, Flashbacks en Flashforward.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat wordt er met Suspension of disbelief Bedoeld?

A

Uitstel van het ongeloof, een niet goed gemonteerde film verbreekt de illusie doordat de kijker even uit zijn gelukzalige staat van ongeloof wordt gehaald en ziet hoe de film tot stand is gekomen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

wat wordt er met klassieke montage (continuity editing) bedoeld?

A

continuïteit van de handelingen, vloeiend recreëren van een werkelijkheid. Verdoezelen van het feit dat je naar een gemonteerde film kijkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Shot tegen-shotmontage?.

A

Gaat uit van een afwisseling tussen shots die vanuit een tegengestelde hoek zijn gedraaid. Matchende shots : wanneer de shot tegen-shot vanuit ongeveer gelijke hoeken tegenover elkaar zijn gedraaid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Van buiten naar binnen-montage?

A

beginnen bij een totaalshot en van daaruit steeds closer op de personages of handeling snijdt.

17
Q

Wat is de Dramatische as?

A

Denkbeeldige lijn die wordt bepaald door de blikrichtingen van de personages en door de richtingen van de bewegingen in het shot. Dramatische intentie, de dramatische informatie die de scene wilt overbrengen speelt zich af langs deze lijn.

18
Q

Wat houdt de 180 graden regel in?

A

houdt in dat de camera altijd aan een kant van de zgn. ‘dramatische as’ opgesteld moet zijn. De richting van de dramatische intentie van de scene blijft dan in alle shots identiek aan wat in het establishing shot met de kijker is afgesproken.

19
Q

Hoe ga je ‘‘over de as’’?

A

Met de camera buiten die straal van 180 graden ten opzichte van de dramatische as staan. Verbreking van de continuïteit van blikrichting en beweging.

20
Q

5 Alternatieven voor de klassieke montage ?

A

1 -Géén montage 2 -Splitscreen montage 3 -Sovjet-montage 4 -Nouvelle Vague-montage 5 -Dogma montage

21
Q

Voordelen niet monteren?

A

-geen last van dramatische as: veranderingen van beweging of blikrichting vloeien voort uit handeling -continuïteit blijft altijd het zelfde

22
Q

Nadelen van niet monteren?

A

-productioneel lastig: goed uitlichten van de ruimte, acteurs en crew strak bewegingsschema. Bij fouten moet alles over. -In ROPE’ hebben de acteurs veel tekst met als bedoeling om de tijd die ze nodig hebben om van plaats A naar B te overbruggen.

23
Q

Plan sequence/master shot?

A

scéne niet meer opgebouwd uit verschillende shots, 1 shot vande hele handeling.

24
Q

Voor en nadelen van het Splitsgreen-techniek?

A

-Voordelen: benadrukt gelijktijdigheid en onderlinge samenhang gebeurtenissen, toeschouwer bepaald zelf de kijkrichting. -Nadelen: toeschouwer overvoerd met visuele informatie, verlies van controle op kijkgedrag

25
Q

Jump cut?

A

een springer, er wordt binnen een shot een stukje weggesneden, waardoor het beeld binnen het shot verspringt. Kan suggereren dat er tijd verstrijkt. Zonder cutaways om het te camoufleren. Vormelement om dynamiek te genereren zoals in een actiescène.

26
Q

Wat is een M&E-mix?

A

M&E-mix: eindmix van een film waar dialogen zijn weggelaten. Geluidsmontage helemaal opnieuw opgebouwd uit losse opgenomen componenten. Acteurs na beeldmontage in de geluidsstudio synchroon opgenomen geluid vervangen voor een schone dialoogtrack

27
Q

Wat is een Geluids-close Ups?

A

Het isoleren van een enkel detail binnen het totale geluidsdecor Vb. Apocalypse now Redux 1979

28
Q

Sovjet-montage.

A

-gaat niet om suspension of disbelief -opwekken van emoties, ideeen of associaties -visie van de filmmaker overbrengen op zijn publiek -Montage belangrijkste instrument -veel gebruik maken van metaforen

29
Q

Thesis + Antithesis = ?????

A

Syntesis, Montage is een proces waarbij botsing van verschillende beelden een nieuwe betekenis oproept die groter is dan de som van beide oorspronkelijke delen.

30
Q

Volgens Eisenstein zijn er vijf verschillende soorten montage, dit zijn..

A

METRISCHE MONTAGE: lengte van de shots ten opzichte van elkaar, spanning verhogen
RITMISCHE MONTAGE:opeenvolging van visuele patronen die in de shots te zien zijn. (conflict extra laten zien door tegengestelde krachten in beeld, tegengestelde richtingen uit te bewegen)
TONALE MONTAGE: stemmingen en tonen in de film, scènes afwisselend in sfeer, massascène afgewisseld door scènes rond een individu, dag en jachtscènes.
OVERTONALE MONTAGEwas een synthese van metrische, ritmische en tonale montage
INTELLECTUELE MONTAGE: Het verhaal, de plot wordt even losgelaten en in plaats daarvan creëert de filmmaker een moment waarin hij het intellect van de kijker bespeelt met metaforen en symbolen.

31
Q

wat wordt er bedoeld met contrapuntisch gebruik van geluid?

A

Geluid dat de betekenis van het beeld weerspreekt of aanvult en dus van extra betekenis voorziet.

32
Q

Beeldrijm, wat wordt hiermee bedoeld?

A

elementen binnen een beeldcompositie die elkaar herhalen. Gaat om overeenkomsten in vorm, kleur, sfeer of betekenis.

33
Q

Hiphop montage? wat wordt hiermee bedoeld

A

Term bedacht door regiseur Darren Aranofsky over cocainescene in Requiem for a dream, die teruggrijpt op de theorien van eisenstijn en pudovkin, van fragmentatie die samen voor een samenhangend geheel zorgt en een abstracte betekenis, roes die van de cocaïne uitgaat.

34
Q

Verschil tussen Eisenstein en Pudovkin op het gebied van montage?

A

Pudovkin :
-Binnen de montage doet hij recht aan acteerprestaties. Ruimte voor subtiliteit. Nadruk op plot maar ook op de menselijke kant, het individu.
-Geloofde dat de kracht van montage lag in de manier waarop het publiek losse bouwstenen van de scene met elkaar verbond en er een betekenis aan gaf.
EInstein:
-Individu ondergeschikt aan het idee dat overgebracht moet worden. -Kracht van de montage gelegen was in de manier waarop de beelden in het hoofd van de kijker met elkaar botsen en een nieuwe betekenis genereerde .

35
Q

Welke ontwikkelingen vinden er plaats in het monteren van films vanaf de jaren 50, 60?

A

verhalen worden fragmentarischer, flashbacks en flashforwards worden losser gebruikt, subjectieve vertelvormen worden psychedelischer, meer op emotie als op verstandelijk begrip.

36
Q

Welke ontwikkelingen vinden er plaats in het monteren van films vanaf de jaren 80, 90?

A

videoclip opkomst: hoger montage ritme, snellere beeldwisselingen, beeldovergangen minder noodzaak, puur visuele impuls. Montage: vormelement voor sfeer en dynamiek. Vaak teruggrijpen op sovjet-montage.

37
Q

Wat zijn volgens Walter Murch de 6 criteria voor het maken van een goeie las? ( Van het meest belangrijkste naar het minst belangrijkste. )

A
  1. EMOTIE!! - 2. VERHAAL. - 3.RITME. - 4. aandachtspunt - 5. vertaling van werkelijkheid naar 2D filmtaal; klopt de mise en scene binnen het beeldkader, - 6. continuiteit in ruimtelijke zin; positie van personages t.o.v. elkaar in 3D werkelijkheid.