Zorgethiek ketenzorg Flashcards

1
Q

Wat is een ander woord voor regelethiek?

A

Principebenadering

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Bij welke soort ethiek horen de volgende dingen: weldoen, niet schaden, respect voor autonomie, rechtvaardigheid, algemeen aanvaarde uitgangspunten zouden leiden tot onafhankelijk oordeel

A

Regelthiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Bij welke soort ethiek horen de volgende dingen:
Goede zorg: creeëren van overeenstemming over zorg relevanter dan prinicpes afwegen
Relatie met anderen: wederkeerigheid, interactie, betrokkenheid

A

Zorgethiek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat zijn de 4 fasen van zorgethiek in de zorg?

A

attentiveness, responsibility, competency, responsiveness

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat betekent de volgende fase van zorgethiek in de zorg: attentiveness

A

Aandachtige betrokkenheid, herkennen dat er zorg nodig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat betekent de volgende fase van zorgethiek in de zorg: responsibility (2)

A

verantwoordelijkheid nemen voor verbeteren van de toestand van de persoon die zorg behoeft, optreden om zorgbehoefte te beantwoorden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat betekent de volgende fase van zorgethiek in de zorg: competence (2)

A

uitvoeren/verlenen van zorg, specifieke deskundigheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat betekent de volgende fase van zorgethiek in de zorg: responsiveness (3)

A

ontvangen van zorg, ontvankelijkheid bij ontvanger, responsiviteit bij zorglener

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de definitie van privilege?

A

Maatschappelijk voordeel dat wordt toegekend aan leden van bepaalde groepen dat wordt ontzegd aan leden van andere groepen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is stigma definitie?

A

Eigenschap die een individu of groep in diskrediet brengt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Noem voorbeelden van uitsluitings-werken in macro(2), meso (1)en microniveau (1)

A

macro: beleid, overheid
meso: institutioneel
micro: medewerkersniveau

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hoe kan discriminatie gezondheid rechtstreeks beïnvloeden? ()

A

negatief zelfbeeld, negatieve ervaringen, herhaalde situaties waarin geen controle over situatie

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly