Woordenschat

Question 1

alibi

Answer 1

bewijs dat je op het moment van een misdrijf ergens anders was

Question 2

argeloze

Answer 2

niets vermoedende; omschrijving

Question 3

broodwinning

Answer 3

werk of zaak waarmee iemand zn geld verdient

Question 4

bruto

Answer 4

bedrag waar nog bedragen vanaf kunnen gaan

Question 5

causaal verband

Answer 5

oorzakelijke relatie; verband tussen twee zaken die je als oorzaak en gevolg kunt beschouwen

Question 6

chauvinistisch

Answer 6

met overdreven liefde voor eigen land

Question 7

cognitie

Answer 7

wat met je verstand en denkvermogen te maken heeft

Question 8

commercieel

Answer 8

gericht op geld verdienen; gericht op het maken van winst

Question 9

complex

Answer 9

bij elkaar horende ziekelijke gevoelens en gedachten die iemand over zichzelf heeft

Question 10

correlatie

Answer 10

verband waarbij dingen elkaar direct beinvloeden

Question 11

duurzaam

Answer 11

blijvend

Question 12

etnicitiet

Answer 12

ras; verzameling kenmerken van een bepaalde bevolkingsgroep

Question 13

evident

Answer 13

duidelijk; tegenstelling

Question 14

fouilleren

Answer 14

doorzoeken; (iemand) betasten om hem te controleren op verboden spullen

Question 15

intimidatie

Answer 15

bangmakerij, meestal door dreigementen

Question 16

klinisch

Answer 16

heel nuchter; zonder romantiek

Question 17

koesteren

Answer 17

met liefde behandelen en beschermen

Question 18

kostwinner

Answer 18

degene die de kost verdient; degene die voor het inkomen zorgt

Question 19

krenken

Answer 19

beledigen; geestelijk pijn doen

Question 20

legitimatiebewijs

Answer 20

document waarop je persoonsgegevens officieel vermeld staan

Question 21

marge

Answer 21

verschillen tussen in- en verkoopprijs; winsten

Question 22

neuron

Answer 22

zenuwcel

Question 23

noodweer

Answer 23

verdediging met noodzakelijk geweld omdat je in gevaar bent

Question 24

obsessie

Answer 24

kwellende gedachte; gedachte die je niet meer loslaat

Question 24

personalia

Answer 24

persoonlijke gegevens, zoals naam, adres etc.

Question 25

officier van justitie

Answer 25

rechterlijke functionaris die verdachten aanklaagt voor de rechtbank

Question 26

pluriform

Answer 26

veelvormig; niet uniform

Question 27

populist

Answer 27

iemand die zich in zijn (politieke) uitspraken richt naar wat de massa horen wil

Question 28

postnatale

Answer 28

wat optreedt na de bevalling (woorddelen)

Question 29

preventief

Answer 29

uit voorzorg; voorkomend

Question 30

recidivist

Answer 30

iemand die opnieuw hetzelfde misdrijf pleegt

Question 31

remedie

Answer 31

(genees)middel

Question 32

remigreren

Answer 32

terugkeren naar je geboorteland nadat je in een ander land gewoond hebt

Question 33

sancties

Answer 33

strafmaatregelen

Question 34

stagnatie

Answer 34

oponthoud; stilstand; vertraging in ontwikkeling

Question 35

suicide

Answer 35

zelfmoord

Question 36

tolerantie

Answer 36

verdraagzaamheid

Question 37

tragiek

Answer 37

treurige omstandigheid

Question 38

trauma

Answer 38

lichamelijke of geestelijke verwonding

Question 39

verbaal geweld

Answer 39

agressie door middel van woorden (definitie)

Question 40

waandenkbeeld

Answer 40

gedachte of idee die men ten onrechte voor waar houdt

Question 41

wederzijds

Answer 41

van twee kanten

Question 42

witteboordencriminaliteit

Answer 42

misdrijven gepleegd door burgers van achter hun bureau

Question 43

witwassen

Answer 43

zwart geld legaal maken door investeringen

Question 44

zelfkastijding

Answer 44

zichzelf kwellen of pijn doen

Question 45

zwart-witdenken

Answer 45

benadrukking van de grootste mogelijke tegenstelling; ongenuanceerd denken