W5: waardevrijheid versus normativiteit

Question 1

Strong thesis of value-freedom:

Answer 1

wetenschap is objectief als waarden geen rol spelen in onderzoek (maar dit is onhoudbaar)

Question 2

Epistemic values:

Answer 2

betrekking op methodologie en wetenschappelijke afweging: betrouwbaarheid, validiteit, welke literatuur kies je etc.. Normen en standaarden voor goed wetenschappelijk redeneren

Question 3

Non-epistemic values:

Answer 3

morele en politieke waarden

Question 4

Constitutive values:

Answer 4

waarde die constituerend is voor een activiteit/het onderzoek. Alle waarden die een rol spelen bij het doen van onderzoek zelf, iedere waarde kan epistemische of non-epistemische zijn

Question 5

Contextual values:

Answer 5

waarden die een rol spelen in de omgeving. Bijvoorbeeld: opdrachtgever, universiteit, subsidie

Question 6

Moderate thesis of value-freedom:

Answer 6

Wetenschap is objectief als alleen epistemische waarden een constitutieve rol spelen. Morele en politieke (non-epistemische waarden) moeten altijd contextueel blijven.

Question 7

Drie soorten objectiviteit:

Answer 7

• Objectiviteit als vrij van vooroordelen
  Relatie onderzoeker en claim
• Objectiviteit als intersubjectiviteit
  Waarneembaar, open voor critical scrutiny door meerdere mensen
• Objectiviteit als betrouwbaarheid
  Betrouwbaarheid van methode

Question 8

Value neutrality:

Answer 8

wetenschappelijke theorieën moeten feiten beschrijven niet beleidsaanbevelingen doen

Question 9

Thick moral concepts:

Answer 9

Concepten die zowel evaluatief en descriptief zijn. Dus oordeel en beschrijving. Concept is op meerdere manieren te beschrijven. Theorie wordt geladen met waarde, en andersom

Voorbeeld: vrijheid -> beschrijvend, maar ook een impliciete normatieve waarde. Vrijheid is ‘goed’. Klimaatverandering, gezondheid. Gaat vooral om hoe wetenschappers het woord gebruiken

Question 10

Habermas en soorten kennis:

Answer 10

Er zijn drie soorten kennis, iedere vorm van kennis heeft een eigen belang of agenda voor de toepassing van die kennis. De soorten zijn normatief, morally informed en praktische kennis

Question 11

Habermas over reflexiviteit:

Answer 11

wetenschappelijk onderzoek moet niet alleen beschrijven hoe de wereld is, maar ook hoe het zou moeten zijn. Moet kennisvormen combineren om te kijken hoe de wereld moet zijn

Question 12

Critical theory (Frost & Elichaoff)

Answer 12

belicht de manieren waarop verschillen en diversiteit (at best) verhuld zijn of gemarginaliseerd worden vanwege aannames van algemeen gedrag en ervaringen binnen traditionele onderzoeksaanpakken. Richt zich op machtsrelaties en structuren, met het doel mensen te emanciperen

Question 13

Difference research

Answer 13

kijkt naar de verschillende assen van diversiteitskenmerken