stromingen Flashcards

1
Q

liberalisme

A

ieder individu moet zich optimaal kunnen ontplooien

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

communisme

A

communisten willen dat arbeiders door een revolutie alle macht zouden overnemen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

sociaaldemocraten

A

maatschappelijke verbetering bereiken langs parlementaire weg

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

confessionalisme (christendemocraten)

A

een organische staatsopvatting. Alle onderdelen zijn afhankelijk en functioneren alleen in samenhang

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

ecologisme

A

politieke stroming die vindt dat de mens onderdeel is van een groter ecosysteem

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

populisme

A

gaat niet uit van ideologie en daarom zijn de opvattingen van populistische partijen niet altijd makkelijk te plaatsen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Progressief

A

betekent vooruitstrevend, veranderingsgezind en vooral gericht op de toekomst

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Conservatief

A

behoudend en is gericht op heden en verleden

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

kosmopolitische

A

hun land als onderdeel van een geglobaliseerde wereld waarin we onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Nationalisten

A

globalisering juist als bedreiging voor de eigen banen, cultuur en identiteit en willen hun eigen land daarom op meerdere gebieden afsluiten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly