SM1. Materie Flashcards

1
Q

Bij welke aggregatietoestand(en) zitten de moleculen dicht bij elkaar en kunnen ze t.o.v. elkaar ‘glijden’.
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
A)) Bij vaste stoffen
B)) Bij plasma
C)) Bij vloeistoffen
D)) Bij gassen
E)) Bij gassen en plasma

A

Oplossing;
C)) Bij vloeistoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar hangt het kookpunt van een zuivere stof vanaf?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
A)) Het kookpunt van een stof hangt af van de soort stof en de temperatuur die de stof bezit.
B)) Het kookpunt van een stof hangt af van de soort stof, de temperatuur en de druk waaronder het zich bevindt.
C)) Het kookpunt van een stof hangt af van de soort stof, de dichtheid en de druk waaronder het zich bevindt.
D)) Het kookpunt van een stof hangt af van de soort stof en de druk waaronder het zich bevindt.
E)) Het kookpunt van een stof hangt enkel van de soort stof af.

A

Oplossing;
D)) Het kookpunt van een stof hangt af van de soort stof en de druk waaronder het zich bevindt.

Opmerking(en):
Algemeen: De temperatuur bepaalt niet wanneer een stof kookt, maar wel of het kookt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Welke grootheid blijft constant bij een faseovergang van een zuivere stof?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
A)) Geen van de vermelde grootheden
B)) De druk
C)) De temperatuur
D)) De hoeveelheid energie

A

Oplossing;
C)) De temperatuur

Opmerking(en):
Algemeen: “fyi: Bij mengsels kan men er niet altijd van uitgaan dat de temperatuur gedurende de faseovergang constant blijft.
Zo zal bij het verdampen van alcohol uit wijn de temperatuur wel constant blijven, maar als je brons (= legering van tin en kopper) smelt dan zal de temperatuur toch blijven stijgen nadat men de smelttemperatuur van tin bereikt en overstijgt. Lucht is een ander voorbeeld van een mengsel waarbij de temperatuur tijdens een faseovergang van één van de enkelvoudige stoffen constant blijft.”

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Bij welke aggregatietoestand(en) zitten de moleculen dicht bij elkaar en kunnen ze enkel maar trillen rond vaste posities?
.
(Probeer eerst zonder MCQ!)
.
.
A)) Bij gassen
B)) Bij gassen en plasma
C)) Bij vloeistoffen
D)) Bij plasma
E)) Bij vaste stoffen

A

Oplossing;
E)) Bij vaste stoffen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly