Set 1 Flashcards
Woordjes Set 1
1
Q
Meneer
aanspreking zonder naam
A
Sir
2
Q
Mevrouw
aanspreking zonder naam
A
Madam
3
Q
Meneer Taggart
A
Mr Taggart
(written)
4
Q
Mevrouw Taggart
A
Mrs Taggart // Ms Taggart
(written)
5
Q
Juffrouw Taggart
Voor een jong meisje, of een lerares
A
Miss Taggart
To be avoided in business English!
6
Q
Alstublieft
Als je iets afgeeft
A
Here you are // Here you go
7
Q
Voorbereidende details
A
Prepatory details
8
Q
Promotie-evenement
A
Promo(tional) event
9
Q
Op 9 locaties
A
In 9 locations
10
Q
Overzicht
A
Overview
11
Q
Kostenberekening
A
Cost calculation
12
Q
Plaatsvinden
A
To take place
13
Q
Op 2 opeenvolgende dagen
A
On two consecutive days
14
Q
Via Randstad
A
Trough Randstad
15
Q
Huren
A
To rent