Overig deel 2 Flashcards

1
Q

Ieder recept dient volgens de geneesmiddelenwet de volgende informatie te bevat- ten: naam + geboortedatum patiënt, naam arts, naam/sterkte/hoeveel/ gebruik van geneesmiddel, paraaf en een datum. Daarnaast moet op het recept een afwijkende nierfunctie worden vermeld, als deze van een patiënt bekend is. Ook moet de reden van voorschrijven worden vermeld wanneer een geneesmiddel op een wettelijk vastgestelde lijst van 23 geneesmiddelen staan. Noem voorbeelden…

A

Carbamazepine, fluconazol, methotrexaat en rifampicine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Aan welk eisen dient ieder recept volgens de opiumwet te voldoen?

A

Handtekening, sterkte en hoeveelheid volledig uitgeschreven, volledig adres arts inclusief te- lefoonnummer, datum, één geneesmiddel per recept, alle gegevens patiënt (naam + volledig adres), herhalingen volledig uitgeschreven, onuitwisbare inkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Betreft rijgevaarlijke geneesmiddelen, waarin valt temazepam?

A

CAT1: Weinig invloed op de rijvaardigheid. Dit is vergelijkbaar met een bloedalcoholconcentratie van <0.5 promille. In deze categorie val onder andere temazepam in een dosering tot en met 20 mg. Patiënt mag dan tot en met 8 uur na inname niet rijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Betreft rijgevaarlijke geneesmiddelen, waarin valt oxazepam?

A

CAT1: Weinig invloed op de rijvaardigheid. Dit is vergelijkbaar met een bloedalcoholconcentratie van <0.5 promille. In deze categorie valt oxazepam in een dosering tot 50 mg; patiënt mag dan tot en met 16 uur na inname niet rijden.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Welke geneesmiddelen vallen in CAT3 betreft rijgevaarlijkheid?

A

sommige benzodiazepines, opiaten (inclusief tramadol), sommige anti-epileptica, sommige antihistaminica (clemastine), TCA’s en som- mige antipsychotica. De patiënt mag pas weer rijden als het geneesmiddel gestopt is of als de bij- werkingen na enige tijd minder zijn geworden. Dit verschilt per middel. Morfine (in lage dosering) en tramadol zijn voorbeelden van geneesmiddelen waarbij de patiënt na twee weken gebruik zon- der bijwerkingen toch mag autorijden. In het geval van temazepam en oxazepam is rijden bij dage- lijks gebruik hoger dan de eerder genoemde doseringen helemaal niet toegestaan. Bij gebruik van clemastine is rijden, ongeacht de dosering, niet toegestaan.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Noem twee voorbeelden van geneesmiddelen die de placenta niet passeren en daardoor veilig zijn tijdens de zwangerschap…

A

Nadroparine en heparine

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Bij geneesmiddelengebruik tijdens de zwangerschap verschilt het risico voor de foetus per termijn. Geef voorbeelden…

A

In het 1e trimester is er met name risico op abortus en aanlegstoornis, in het 2e trimester vooral risico op groeivertraging en in het 3e trimester is het risico op farmacologische effecten van het geneesmiddel op de foetus door bijvoor- beeld insuline, schildklierremmers het grootst.

Vlak voor de partus moet rekening gehouden wor- den met een verhoogd risico op gecompliceerde partus (bijv. bloedstolling beïnvloeden, of weeën- remming door opiaten of NSAID).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Classificatie geneesmiddelen tijdens de zwangerschap - Welke middelen zijn meest veilig?

A

Paracetamol, nadroparine, amoxicilline, claritromy- cine, acetylsalicylzuur (max 160 mg/dag))

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Classificatie geneesmiddelen tijdens de zwangerschap - Welke middelen zijn waarschijnlijk veilig

A

Metoprolol, metformine, diclofenac en ibuprofen.

Ze kunnen gebruikt worden, maar een geneesmiddel uit de groep ‘meest veilig’ heeft de voorkeur.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Welke middelen geven risico op aangeboren afwijkingen?

A

Carbamazepine, acenocoumarol, fenprocoumon, doxycycline, gentamicine, enalapril

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q
A
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly