module 4: classificatiesystemen Flashcards

1
Q

Welke 2 classificatiesystemen worden gebruikt binnen forensische psychiatrie?

A
  • ICD-11
  • DSM-V
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Welke verschillende denkkaders zijn er binnen de psychiatrie?

A
  • psychoanalyse
  • systeemtheoretisch denken
  • gedragstherapeutisch model
  • psychodynamisch denken
  • biologische psychiatrie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat houdt psychoanalyse in?

A
  • basis waaruit psychiatrisch denken is voortgevloeid
  • Freud: alle driften zijn te zoeken binnen de seksuele context
  • psychoanalytici: focussen op innerlijke gedachten van een persoon, dromen, fantasieën, …
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Welk denken is voortgevloeid uit de psychoanalyse?

A

systeemtheoretisch denken

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat houdt systeemtheoretisch denken in?

A
  • waarneembare zaken: interacties tussen mensen, gedragingen van mensen
  • in kinder- en jeugdpsychiatrie
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat houdt gedragstherapeutisch model in?

A
  • Hond van Pavlov: geconditioneerde reflex
  • gedrag van een individu is het resultaat van aangeleerde gedragspatronen
  • gedragstherapie is hieruit voortgevloeid
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat houdt psychodynamisch denken in?

A

= ontwikkelingspsychologisch = levenslooppsychologisch denken
- individu wordt geboren met een aanleg, ontwikkeling van de mens staat centraal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat is biologische psychiatrie?

A
  • hersenen bestaan uit zenuwcellen die met elkaar in verbinding staan door middel van neurotransmitters
  • via geneesmiddelen ingrijpen op uitwisseling van stoffen tussen de verschillende zenuwcellen waardoor het functioneren van de cellen gaat beïnvloeden
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is de functie van classificatiesystemen?

A

Via classificatiesystemen kunnen psychiaters die verschillende denkkaders hebben met elkaar communiceren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat zijn de doelstellingen om classificatiesystemen te gebruiken in de forensische psychiatrie?

A
  • duidelijkheid in het toekennen van een diagnose voor niet-psychiaters en psychiaters
  • uniformiteit: werken volgens ruim aanvaarde diagnostische begrippen
  • tegensprekelijkheid: controleerbaarheid toelaten
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waarvoor staat DSM?

A

Diagnostic and Statistical Manual of Mental Disorder

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarvoor staat ICD?

A

International Classification of Diseases

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat zijn kenmerken van de DSM-V?

A
  • opgesteld door APA
  • Amerikaanse oorsprong
  • meest gebruikt binnen psychiatrie
  • a-theoretisch
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat zijn de kenmerken van ICD?

A
  • opgesteld door Wereldgezondheidsorganisatie
  • alle medische diagnosen
  • Europese denkwijze
  • meest gebruikt in ziekenhuizen
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Welke verschillende diagnosen kunnen gesteld worden aan de hand van ICD?

A
  • confident diagnose: vaststaande diagnose
  • tentative diagnose: proefdiagnose
  • hoofddiagnose
  • bijkomende diagnose
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly