Les 6 Flashcards

1
Q

Welke Designs van klinische / epidemiologische studies zijn er

A

Experimentele design: Interventie
A. RCT (classical RCT)
B. Pragmatic RCT

Observationele design: Observatie
A. Cross-sectionele studie
B. Cohorte studie
C. Case-controle studie
D. Nested case-controle studie
E. Ecologisch onderzoek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is de evidence hierarchy

A

RCT
Prospective cohort
Retroprospective cohort
Case-control study
Cross sectional study
Case series

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat zijn de 4 fases van RCT

A

Voor de RCT: studie in cel structuren en dieren
Fase 1: veiligheid testen op paar mensen
Fase 2: tolerantie van de doses van de intervantie testen via kleine randomized trials
Fase 3: grote RCT om het definitief effect te testen
Fase 4: de real life effectiveness testen door grote trials

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Hoe wordt de randomisatie gedaan?

A

Door toeval toegewezen: placebo of medicijn

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het verschil tussen een slechte analyse en een slecht designed study

A

Foute analyse kan je nog rechtzetten

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is het belang van randomisatie

A

Het belang van randomisatie is dat we weten dat
op lange termijn de behandelingsgroepen
gebalanceerd zullen zijn in gekende EN
ongekende prognostische factoren.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Hoe moeten de behandelingen lopen?

A

Gelijktijdig

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Op welke manieren kan je de RCT doen

A

Singleblind, doubleblind, tripleblind of open

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat is crossover study

A

Twee of meer behandelingen worden sequentiëel
aan dezelfde persoon toegewezen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waarvoor moeten je opletten bij de crossover study

A

De wash-out periode na de behandeling-> mag je niet toekennen aan placebo

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waardoor verbeteren patiënten die deelnemen aan een dubbel-blinde,placebo-gecontroleerde RCT

A
  1. Spontaan (natuurlijk verloop van de ziekte)
  2. Dankzij placebo-effect
  3. Dankzij Hawthorne effect
  4. Dankzij het (actieve) geneesmiddel
  5. Alle bovenstaande
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Waarvoor en hoe zijn registratiestudies (classical RCT) opgebouwd

A

Om een geneesmiddel te registreren (EMA, FDA):
werkzaamheid en korte-termijn veiligheid aantonen
dmv classical RCTs (fase 2 en 3):
• in sterk geselecteerde patiënten
• onder strikte follow-up
• op korte termijn
• in vergelijking met placebo
• surrogaat uitkomsten en/of klinische uitkomsten.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Hoe kan men geneesmiddelen optimaal gebruiken

A

gegevens nodig over
doeltreffendheid en lange-termijn veiligheid:
• in alle patiënten
• onder gewone follow-up (usual care)
• op lange termijn
• in vergelijking met andere geneesmiddelen
• klinische uitkomsten.

Schema dia 34!

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Welke inclusie en exclusie criteria zijn er bij de selectie bij RCT

A

I) Inclusion criteria:
• Age
• Gender
• Compliance with
treatment
• Prespecified levels of
airflow obstruction
• Reversibility (e.g. ≥12%)

II) Exclusion criteria:
• Obesity
• Comorbidities
• Polypharmacy
• Current smoking
• Smoking history
(e.g. ≥ 10 pack-years)

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Hoe worden pragmatische trials gedaan

A

Randomization (as in classical RCT)
Real-world settings:
– Primary care patients
– Under the care of their usual physician
– Real-world (non)adherence
Open-label therapy
Comparing real-life effectiveness of two different active treatments (no placebo).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is adherentie

A

Patiënten volgen behandeling niet -> effectiveness=0
Schema dia 40

17
Q

Wat zijn de nadelen van RCT’s

A

Duur en omslachtig
Gelimiteerd aantal deelnemers
Korte duur
Eerder surrogaat idpv klinische uitkomst
Ondervertegenwoordig patiënt groepen

18
Q

Wat zijn de voordelen van RCT

A

de onderzoeksgroepen zijn zeer vergelijkbaar voor de behandeling

Het is uitgevoerd volgend gevestigde methodologische regels

Wordt beschouwd als de gouden standaard voor het beoordelen van de werkzaamheid

Kunnen gebruikt worden om selectieve reporting te verkomen

Schema dia 43