Hoofdstuk 8 Flashcards

Werk

1
Q

Wat zijn de vijf basisbehoeften?

A

Eerste levensbehoeften, Veiligheid en zekerheid, De behoefte om erbij te horen, Status en waardering, Jezelf ontwikkelen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat is werk?

A

Iets doen waar andere mensen behoefte aan hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is belasting?

A

Geld dat je betaalt aan de overheid

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Wat doet de arbowet?

A

Zorgt ervoor dat mensen een veilige en gezonde werkplek hebben

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wat is het mininumloon?

A

Het loondat je minimaal moet verdienen als je werkt

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Wat is een voorbeeld van werken als recht?

A

Overheid zorgt voor voldoende banen

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Wat is een voorbeeld van werken als een plicht?

A

Altijd moeten zoeken voor een baan

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Wat zijn manieren om een baan te vinden?

A

Zoeken naar vacature, Vragen of een bedrijf een baan heeft (open solicitatie), Meld je aan bij een uitzendingsbureau, Maak gebruik van je netwerk, Vraag hulp via de overheid.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Wat stuur je bij een sollicitatie?

A

Een sollicitatie brief

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Waar ga je heen om te solliciteren?

A

Op een sollicitatie gesprek

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Wat staat er in je arbeidscontract?

A

Je functie, je werktijden, de lengte van het contract, je loon, het aantal vrije dagen, je proeftijd.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Wat is de collectieve arbeidsovereenkomst?

A

Een contract waar de afspraken over werk voor alle werknemers binnen een hele bedrijfstak staat

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Wat is wit werken?

A

Werken met een contract, belasting betalen over je inkomen en je kan niet zomaar ontslagen worden. Legaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Wat is zwart werken?

A

Geen contract, geen belasting over je inkomsten betalen en geen rechten. Illegaal

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een vakbond?

A

De organisaties die het opnemen voor de werknemers.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Wat is the maatschappelijke lader?

A

Alle maatschappelijke posities in een samenleving van laag tot hoog

17
Q

Hoe klim je op de maatschappelijke ladder?

A

Een goede opleiding en goede persoonlijke eigenschappen

18
Q

Wat is sociale ongelijkheid?

A

Datniet iedereen gelijke kansen in de samenleving heeft

19
Q

Wat is de kwalificatie plicht?

A

Leerlingen van 16 tot 18 die verplicht zijn een diploma te halen om later een betere baan te halen, zodat de sociale ongelijkheid minder wordt.

20
Q

Wat is sociale mobiliteit?

A

Dat je kunt klimmen op de sociale ladder

21
Q

Wat is discriminatie op de werkvloer?

A

Discriminatie van vrouwen, Discriminatie op huidskleur of achtergrond, Discriminatie op seksuele geaardheid, Leeftijdsdiscriminatie, Discriminatie op handicap of ziekte.

22
Q

Wat kan je doen als je een arbeidsconflict hebt?

A

Als je bij een vakbond bent aangemeld kan die vakbond het voor je opnemen als er meerdere mensen zijn met hetzelfde probleem

23
Q

Wat is een opzichttermijn?

A

Een periode waarvoor je moet aangeven of je ontslag gaat nemen of geven.

24
Q

Wat is ‘Ontslag op staande voet’?

A

Onmiddelijk het bedrijf moeten verlaten en geen recht hebt op een uitkering

25
Q

Wat is positieve discriminatie?

A

Werkgevers bij het aannemen van nieuw personeel voorrang mogen geven aan bepaalde groepen

26
Q

Wat doet de overheid om vrouwen meer te laten werken?

A

Kinderopvangtoeslag en Ouderschapsverlof

27
Q

Wat is een verzorgingsstaat?

A

Een land waar de overheid de burgers helpt als dat nodig is

28
Q

Wat zijn de uitkeringen voor werknemers?

A

Werkloos (WW), Ziek en Arbeidsongeschikt (WIA).

29
Q

Wat zijn uitkeringen voor iedereen?

A

AOW (pensioen), Kinderbijslag en Bijstand.