Hoofdstuk 5: Verzorgingsstaat Flashcards
Verzorgingsstaat
De overheid bemoeit zich actief met de welvaart en het welzijn van zijn inwoners
Welvaart
Inkomen en de mate waarin we daarmee in ons levensonderhoud kunnen voorzien
Welzijn
Geestelijk en lichamelijk welbevinden
Solidariteit
Bereidheid in een groep of samenleving om risico’s met elkaar te delen
Sociale grondrechten
Het recht op onderwijs, gezondheidszorg en voldoende werkgelegenheid (niet afdwingbaar)
Maatschappelijk middenveld
Organisaties die tussen de overheid en de burger in staan, bijvoorbeeld milieu-, sport en vrijwilligersorganisaties
Vrije markt
Prijs van goederen en diensten komt door vraag en aanbod tot stand, overheid stelt alleen kaders met wetten
Nachtwakersstaat
Staat waarin de overheid zich beperkt tot het zorgen voor veiligheid en bescherming van de burgers en het handhaven van de rechtsorde
Vakbonden
Organisaties die de gezamenlijke belangen van werknemers behartigen
AOW (Algemene Ouderdomswet)
Iedere burger heeft vanaf de pensioengerechtigde leeftijd recht op een uitkering (niet inkomensafhankelijk)
Vergrijzing
Het aandeel van de ouderen in de bevolking neemt toe
Ontgroening
Gezinnen krijgen steeds minder kinderen
Participatiesamenleving
Samenleving waarin mensen meer verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen leven en omgeving
Mantelzorg
De hulp die vanuit de directe omgeving door familie, buren en vrienden aan iemand wordt gegeven
Leerplichtwet
Verplicht kinderen van hun vijfde tot zestiende jaar naar school te gaan