Hoofdstuk 5: Duodenum & Pancreas Flashcards

1
Q

Waar bevindt zich de flexura duodeni superior?

A

Tussen de pars superior en de pars descendens

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Waar bevindt zich de flexura duodeni inferior?

A

Tussen de pars descendens en horizontalis

Het duodenum loopt vanaf de m. sfincter pyloricus tot aan het ligament van Treitz.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Wat is een andere naam voor het ligament van Treitz?

A

Ligementum suspensorium duodeni

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Waarvan is de M. Suspensorium duodeni afkomstig?

A

Van het crus dextra van het diafragma

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Wanneer is de papil duodeni minor aanwezig?

A

Als er een ductus pancreaticus accessorius aanwezig is

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Welke onderdelen bevat het pancreas?

A
  • Caput
  • Processus uncinatus
  • Corpus
  • Cauda
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Welke vaten bevat het processus uncinatus?

A

A. en Vena mesenterica superior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Welke 3 aftakkingen van mediaal naar lateraal zijn er vanuit de lienalis naar de pancreas?

A

1) Arteria pancreatica dorsalis
2) Arteria pancreatica magna
3) Arteria caudae pancreatis

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Door welke 2 vaten wordt de arteria prepancreatica gevormd?

A

Door de arteria pancreatica dorsalis en de arteria pancreatic superior anterior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Wat is de eerste aftakking van de AMS?

A

Arteria pancreaticoduodenalis inferior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

Waar bevindt zich de plexus van Auerbach?

A

Tussen de longitudinale en circulaire spierlaag in de wand van het duodenum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Welke sympathische takken vormen de plexi van Auerbach?

A

Plexus Coeliacus en Plexus mesentericus superior

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Waar is de plexus van Meissner gelegen?

A

In de submucosa van de duodenum

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Door welke zenuwen wordt de pancreas geïnnerveerd?

A
  • Sympathische vezels van de n. splanchnicus
  • Sympathische vezels van de plexus coeliacus
  • Parasympathische vezels van de n. vagus
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Wat is een synoniem voor de papilla pancreatoduodenalis minor?

A

De papil van Helly

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Hoe wordt het duodenum gevasculariseerd?

A

De a. supraduodenalis en a. retroduodenalis uit de a. gastroduodenalis en takken van de a. pancreatico superior/inferior anterior/posterior

17
Q

Hoe wordt het duodenum geïnnerveerd?

A

Sympathisch: Plexus van Auerbach uit de plexus truncus coeliacus en plexus mesentericus superior. Deze bevindt zich tussen de longitudinale en circulaire spierlaag

Parasympatisch: Plexus van Meissner uit truncus vagales. Deze bevindt zich in de submucosa.

18
Q

Wat is een synoniem voor de ductus pancreaticus en de ductus pancreatic accessorius?

A

Ductus van Wirsung en Ductus van Santorini

19
Q

Welke arteriën anastomoseren tot de a. pancreatica inferior?

A
  • a. cauda pancreas
  • a. pancreas magna
  • a. pancreatica dorsalis
20
Q

Van welk teken kan er sprake zijn bij een pancreaskopcarcinoom?

A

Teken van Couvoisier -> Uitgezette galblaas en asymptomatische icterus

21
Q

Wat wordt bij een Whipple verwijderd en hoe wordt alles aan elkaar gezet?

A

Verwijderd:
- Galblaas
- Antrum maag
- Duodenum
- Pancreaskop
De pancreaskop, ductus choledochis en maag restant wordt aan het jejunum vastgezet

22
Q

Hoe heet het avasculaire vlak dat ontstaat als het duodenum pars descendens strak wordt getrokken bij een Kocherse manoeuvre?

A

De gefuseerde fascie van Treitz, een voortzetting van de fascie van Toldt

23
Q

Hoe kunnen embryologische afwijkingen van de pancreas leiden tot icterus?

A

Door afknelling van de galwegen gaat het gal weer de systemische circulatie in via de vena porta leidend tot icterus

24
Q

Welke biomarker is sensitief voor een pancreatitis?

A

Lipase

25
Q

Wat is een pancreas annulare en wat voor klinische tekens zijn er, wat is er te zien op de CT-scan en wat is een circumportale pancreas?

A

Pancreas die om het duodenum heen zit is een pancreas annulare. Dit zorgt voor afvloedbelemmering van de ductus pancreaticus wat leidt tot gallig/groen braken. Op radiologie ziet men een ‘double double sign’.

Een circumportale pancreas is dat de pancreas rondom de vena porta zit. Dit bemoeilijkt een Whipple.

26
Q

Wat is een pancreas divisum en hoe wordt dit behandeld?

A

De ductus pancreaticus en de ductus pancreaticus accessorius fuseren niet. Patiënten zijn vaak asymptomatisch. Therapie is vaak ERCP geleide papillectomie van de papil van Helly

27
Q

Wat is een afwijkende pancreatobilliaire junctie en wat is hier van de behandeling?

A

Fusie van pancreatische en billiaire systeem voor de ampulla. Dit leidt tot pancreaticobilliaire reflux, leidend tot een verhoogde kans op cholangiocarcinoom. Therapie is een hepatojejunostomie.

28
Q

Wat zijn de oorzaken en behandelingsmogelijkheden van een ulcus pepticum?

A

Vaak NSAID gebruik of helicobacter pylori. Therapie is vaak discontinuatie van NSAID en eliminatie van de H. pylori in combinatie met PPI. Anders endoscopie, stent of eventueel Billroth chirurgie.