Hoofdstuk 11 Flashcards

1
Q

Geef de definitie van een rationaal getal.

A

Een rationaal getal is het quotiënt van twee gehele getallen, waarvan de deler niet nul is.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Q in woorden
Q in een beschrijving

A

de verzameling van de rationale getallen.
Q = {a/b | a, b ∈ Z en b ≠ 0}

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Q0 in woorden

Q0 in een beschrijving

A

De verzameling van de rationale getallen zonder nul.
Q0 ={ x ∈ Q | x ≠ 0}

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Q+ in woorden
Q+ in symbolen

A

De verzameling van de positieve rationale getallen.
Q+ = { x ∈ Q | x ≥ 0}

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly