H7.4: Bloed en bloedcellen

Question 1

wat is serum?

Answer 1

plasma - stollingsfactoren

Question 2

wat is albumine?

Answer 2

transporteiwit in plasma en houdt osmotische druk constant

Question 3

wat doen de verschillende globulines?

Answer 3

alfa: enzymen inhibitoren en transporteiwitten
beta: cholesterol en transferrine
gamma: antistoffen

Question 4

wat zijn erytrocyten?

Answer 4

rode bloedcellen (kernloos)

Question 5

wat zijn leukocyten?

Answer 5

witte bloedcellen

Question 6

wat zijn trombocyten?

Answer 6

bloedplaatjes

Question 7

bloedgroep O

Answer 7

geen antigenen, anti-A en anti-B (universele donor)

Question 8

hoe ontstaan trombocyten?

Answer 8

uit megakaryocyten

Question 9

hoe werken trombocyten?

Answer 9

hechten aan beschadigde wand > stollingscascade ( protrombine > trombine en fibrinogeen > fibrine )

Question 10

wat doen neutrofiele granulocyten?

Answer 10

acute reactie op ontsteking en fagocytose

Question 11

wat doen eosinofiele granulocyten?

Answer 11

tegen parasieten, allergische reactie en remming ontsteking

Question 12

wat doen basofiele granulocyten?

Answer 12

korrels met histamine > vasodilatatie

Question 13

kleine grote lymfocyten

Answer 13

inactief en actief

Question 14

wat is een plasma cel?

Answer 14

afkomstig vsn b-lymfocyt en produceert antistoffen

Question 15

wat zijn monocyten?

Answer 15

macrofagen/ dendritische cellen

Question 16

hoe worden erytrocyten gevormd?

Answer 16

vanuit pluripotente stamcellen in beenmerg

Question 17

wat is leukemie?

Answer 17

kwaadaardige ontsporing bloedcelvorming