H7 Inleiding strafprocesrecht Flashcards

1
Q

Er zijn drie invalshoeken waarop er naar een strafzaak wordt gekeken, welke zijn dat?

A
  1. Welke personen en instanties spelen een rol bij het strafproces?
  2. Uit welke fasen bestaat het strafproces?
  3. Op welke manier mogen de strafrechtelijke overheidsorganen optreden?
How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
2
Q

Wat zijn de belangrijkste actoren in strafprocesrecht?

A

Verdachte
Slachtoffer
Opsporingsambtenaren
Officier van Justitie
Rechter

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
3
Q

Arrondissement

A

Het rechtsgebied van een rechtbank, in ieder arrondissement is 1 rechtbank gevestigd die alle zaken in eerste aanleg behandelt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
4
Q

Ressort

A

Grotere (geografische) rechtsgebieden die een aantal arrondissementen omvatten, elk ressort heeft een verantwoordelijk gerechtshof.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
5
Q

Gerechtshof

A

Gerechtshoven behandelen alle zaken in hoger beroep, er zijn vier gerechtshoven.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
6
Q

Raadsheren

A

Rechters bij het gerechtshof en de Hoge Raad.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
7
Q

Advocaten-generaal

A

Bij het gerechtshof (ressortsparket) is dit een OvJ. Bij de Hoge Raad is het een adviseur die niet voor het OM werkt.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
8
Q

Procureur-generaal

A

Bij de Hoge Raad is dit het hoofd van de advocaten-generaal.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
9
Q

Rechter-commissaris

A

Rechters die deelnemen aan het voorbereidend onderzoek.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
10
Q

Parket

A

Het kantoor van het OM in een rechtbank (arrondissementsparket) of gerechtshof (ressortsparket), hier werken OvJ.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
11
Q

College van procureurs-generaal

A

Heeft de leiding van het gehele OM (art. 130 RO). De Minister van Justitie en Veiligheid is politiek verantwoordelijk voor het OM.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
12
Q

Hulpofficier van justitie

A

Hogere politiefunctionarissen die een aantal bevoegdheden van de OvJ mag uitoefenen (art. 146a Sv).

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
13
Q

Onschuldpresumptie

A

Onschuldpresumptie -> Iemand is onschuldig totdat het tegendeel is bewezen.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
14
Q

Verschoningsrecht

A

De wet geeft de getuige het recht te zwijgen terwijl de getuige een verklaringsplicht heeft.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
15
Q

Voorbereidend onderzoek

A

Opsporingsonderzoek door politie, OvJ beoordeelt het opsporingsonderzoek, de rechter beoordeelt het bewijs in het dossier. OvJ is verantwoordelijk, de rechter-commissaris is belangrijk.

How well did you know this?
1
Not at all
2
3
4
5
Perfectly
16
Q

Dagvaarding

A

Een brief van de OvJ waarin de verdachte opgeroepen wordt (tijd en gerecht) en de tenlastelegging wordt genoemd.

17
Q

Vonnis

A

Bewezenverklaring, bewijsmiddelen, opgelegde straf en motivering van de beslissing (art. 359 Sv).

18
Q

Er is sprake van vervolging wanneer:

A
  • De OvJ een strafbeschikking tegen een verdachte uitvaardigt.
  • De OvJ een rechter bij de zaak betrekt, die vervolgens een beslissing neemt.
19
Q

Beginselen van een behoorlijke procesorde; uit welke beginselen bestaat dit?

A
  1. Beginsel van redelijke en billijke belangenafweging (subsidiariteit en proportionaliteit)
  2. Beginsel van zuiverheid van oogmerk
  3. Vertrouwensbeginsel
  4. Gelijkheidsbeginsel
20
Q

Discretionaire bevoegdheden

A

De bevoegde is vrij om de bevoegdheid wel of niet uit te oefenen.