Frans V5, Voca 258 - 284 Flashcards
1
Q
à tout prix
A
tot elke prijs
2
Q
de moins en mois
A
minder en minder
3
Q
de plus en plus
A
meer en meer
4
Q
expliquer pourquoi
A
verklaren waarom
5
Q
le / la / les plus
A
het meest
6
Q
surtout / davantage
A
vooral
7
Q
préférer
A
de voorkeur geven aan
8
Q
trop
A
te
9
Q
ne … que
A
slechts, alleen maar
10
Q
loin de
A
verre van
11
Q
ne cesser de
A
niet stoppen met
12
Q
pas mal de
A
best veel
13
Q
parfois
A
soms
14
Q
peu
A
weinig
15
Q
la plupart
A
het merendeel